Peter Jan Margry en Charles Caspers (redactie)
Bedevaartplaatsen in Nederland
- Deel 1: Noord- en Midden-Nederland. Meertens Instituut / Uitgeverij Verloren. Amsterdam / Hilversum. ill. f 144,- ISBN 90 6550 566 0
- Deel 2, Provincie Noord-Brabant. Meertens Instituut / Uitgeverij Verloren. Amsterdam / Hilversum. ill f 144,- ISBN 90 6550 567 9
- Deel 3. Provincie Limburg. Meertens Instituut / Uitgeverij Verloren. Amsterdam / Hilversum. ill f 144,- ISBN 90 6550 568 7
- Complete set Bedevaartplaatsen in Nederland, 3 delen, Meertens Instituut / Uitgeverij Verloren. Amsterdam / Hilversum. f 390,- ISBN 90 6550 569 5
In 1993 is het grootschalige en multidisciplinaire project Bedevaartplaatsen in Nederland (BiN) van start gegaan. Dit project had als doel de bedevaartcultuur binnen de huidige Nederlandse grenzen in heden en verleden (van middeleeuwen tot 1997) in kaart te brengen. Aan dit project werkten meer dan 100 onderzoekers uit uiteenlopende wetenschapsgebieden mee: historici, etnologen, antropologen, kunsthistorici, theologen, sociologen en archivarissen. Het gebruikte bronnenmateriaal is gevarieerd. Naast historische en kunsthistorische bronnen, ook moderne gegevensbestanden, kaarten, orale bronnen en veldwerkinformatie. De onderzoekers hebben in totaal 641 Nederlandse heilige of bedevaartplaatsen getraceerd.
Al deze plaatsen - variërend van de locaties van Neerlands eerste kerstenaars en martelaren via de middeleeuwse Maria- en sacramentsbedevaartplaatsen tot en met de moderne wenende madonna's van Brunssum en Volendam zijn opgenomen en geanalyseerd in het driedelige lexicon Bedevaartplaatsen in Nederland, waarvan inmiddel twee delen zijn verschenen. Het derde en laatste deel verschijnt in juni 2000.
Deze drie delen beslaan elk ongeveer 1000 pagina's tekst, met ca. 1000 tot 1500 illustraties, gedeeltelijk in kleur. Ieder deel bevat ca. 215 lemma's met bedevaartplaatsen. Elk lemma heeft een vaste opbouw bestaande uit vier onderdelen: 1. een topografische situering van de bedevaartplaats en de bouwgeschiedenis van kerk of kapel; 2. gegevens over het cultusobject (de vereerde heilige, cultusbeeld, relieken); 3 de geschiedenis van de bedevaart (-plaats) en gegevens over de moderne situatie; 4 een uitvoerige opgave van devotionalia, devotioneel drukwerk (devotieprentjes, bedevaartvaantjes, e.d.) en van alle bekende archiefbronnen en literatuur met betrekking tot de bedevaartplaats. In elk deel zijn bijlagen opgenomen die het lexicon toegankelijk maken: een lijst van opgenomen bedevaartplaatsen, een lijst van chronologisch geordende bedevaartplaatsen, een lijst van plaatsen per provincie, een lijst van cultusobjecten, een calendarium, een lijst van gediskwalificeerde bedevaartplaatsen, een lijst van auteurs. In het derde deel (te verschijnen in juni 2000) zullen cumulatieve lijsten over alle drie delen worden opgenomen.
Het lexicon is alfabetisch-geografisch opgebouwd. In deel 1 worden de bedevaartplaatsen beschreven uit Noord-en Midden-Nederland. Deel 2 behandelt de bedevaartcultuur in Noord-Brabant. Deel 3, bedevaartplaatsen in Limburg, is het meest omvangrijke deel.
De samenstelling en redactie is in handen van de historicus en etnoloog Peter Jan Margry en de kerkhistoricus Charles Caspers.
Bedevaartplaatsen in Nederland
Deel 1: Noord- en Midden Nederland
In dit deel worden alle Nederlandse bedevaartplaatsen behandeld die niet in Noord-Brabant of Limburg liggen. Dat zijn er niet minder dan 210; van de Zeeuwse O.L. Vrouw van Aardenburg tot en met Thomas a Kempis in Zwolle. Daar tussenin bevinden zich allerlei typen cultusplaatsen, waaronder nationale bedevaartplaatsen als van de Martelaren van Gorcum in Brielle, Liduina te Schiedam, het Sacrament van Mirakel (Stille Omgang) in Amsterdam, O.L. Vrouw van Heiloo, Titus Brandsma in Nijmegen of Bonifatius in Dokkum. Maar ook zijn er kleine minder bekende cultusoorden als van de Heilige Bomen in Wijhe of Fleringen, de verering van Wilgefortis in Kralingen of Quirinus in Ammerzoden, en nieuwe devoties als de bloedwenende O.L. Vrouw van het Water te Volendam of de heilige plaats in Haaksbergen waar de engel Raphaël de laatste jaren verscheen.
In dit eerste deel is tevens een algemene inleiding opgenomen met betrekking tot alle drie delen en wordt uitvoerig rekenschap gegeven van de opzet en de werkmethode van het project.
Bedevaartplaatsen in Nederland
Deel 2: Provincie Noord Brabant
Anders dan in de rest van Nederland bleven in Noord-Brabant gedurende de periode 1648-1800 niet alleen de middeleeuwse culten floreren, er werden ook vele nieuwe ingevoerd. Vooral op het platteland zijn veel bedevaarten ook na het verbod op de publieke uitoefening van het katholieke geloof na de Vrede van Munster (1648) blijven bestaan.
In de 19e eeuw - tijdens de Franse overheersing en de eerste jaren van eht Koninkrijk der Nederlanden - begon men met de wederopbouw van het godsdienstig leven. Omstreeks het midden van deze eeuw werd deze opbouwfase gevolgd door een golf van devotionalisering. Oude (bedevaart)culten die een sluimerend bestaan hadden geleid, kwamen weer tot bloei. Ook nieuwe devoties vonden een goede voedingsbodem in Noord-Brabant. Zowel oudere als jongere orden en congregaties vervullen daarin een stimulerende of zelfs dragende rol.
Aan de hand van de 221 plaatsbeschrijvingen in dit boek krijgt de lezer alle mogelijke achtergrondinformatie over de historische ontwikkeling van de bedevaartcultuur in Noord-Brabant. Behalve middeleeuwse bedevaartplaatsen, 19e en 20e eeuwse mariale vereringen, en culten die zijn ingevoerd en/of gepropageerd door religieuze orden en congregaties behandelt het ook recent ontstane bedevaarten.
- informatie over deel 3 bij de wereldomroep
- Lijsten van opgenomen bedevaartplaatsen in de delen 1 en 2
- Deze boeken bestellen op de website van uitgeverij Verloren.
- Meer informatie over het onderzoeksproject Bedevaartplaatsen in Nederland.
- 'Ons land telt verrassend veel bedevaartplaatsen' Bespreking van deel 1 door Thijs Jansen in de Telegraaf.
- 'Bedevaart in Noord-Brabant' Recensie van deel 2 door J.-C. Karels in het Reformatorisch Dagblad.
Meertens Instituut
Boekpublicaties algemeen, tot 2000
© 2000-2007 KNAW/Meertens Instituut