SAND-data Waarloos (K289p)

schriftelijke enquête | mondelinge enquête | telefonische enquête

data schriftelijke enquête

zinsnr.testzinantwoorden
035 (x01a) Jan herinnert zich dat verhaal wel (inf. 03206) vertaling: Jan wet da nog wel
036 (x01b) Marie en Piet wijzen naar ... (inf. 03206) vertaling: M en P zien mekander veu de kerk
037 (x01c) Toon wast ... (inf. 03206) vertaling: T wast zen age
opm.: reflexief: z'n eigen
038 (x01d) De timmerman heeft geen spijkers bij zich (inf. 03206) vertaling: de schraanwerker at gien naugels ba
039 (x01e) Fons zag een slang naast ... (inf. 03206) vertaling: J zag neffe em en slang
opm.: reflexief: hem
040 (x01f) Erik liet mij voor zich werken (inf. 03206) vertaling: E liet ma veur em werke
opm.: reflexief: hem
041 (x01g) Johanna liet zich meedrijven op de golven (inf. 03206) vertaling: J liet zich meedrave oep de golve
opm.: reflexief: zich
042 (x01h) Toon bekeek zichzelf eens goed in de spiegel (inf. 03206) vertaling: T bekeek zen age is goe in de spiegel
opm.: reflexief: z'n eigen
043 (x01i) Jan heeft in twee minuten een biertje gedronken (inf. 03206) vertaling: J ei oep twee minutjes zaan pintje gedroenke
044 (x01j) Deze schoenen lopen gemakkelijk (inf. 03206) vertaling: dees schoene zen gemakkelijk
045 (x01k) Eduard kent zichzelf goed (inf. 03206) vertaling: e kent zen age goe
opm.: reflexief: z'n eigen
046 (x01l) Ward heeft gehoord dat er foto's van zichzelf in de etalage staan (inf. 03206) vertaling: W ei hore vertelle dat er foto's van em in de vitrin ligge
opm.: reflexief: hem
047 (x01m) Die aardappelen schillen niet gemakkelijk (inf. 03206) vertaling: die petatte schelle nie gemakkelijk
884 (x01n) Dit glas breekt als het op de grond valt (inf. 03206) vertaling: da glas brekt as t oep de grond valt
052 (x02a) Dokter, leef ik wel gezond genoeg? (inf. 03206) vertaling: doktoor, leifek zoe wel gezond genoeg
054 (x02b) Al jaren leeft hij van de erfenis van zijn vader (inf. 03206) vertaling: al joaren leift em van de erfenis van zaan vader
056 (x02c) Deze week leeft zij op water en brood (inf. 03206) vertaling: dees weik leift za oep wauter en broed
058 (x02d) Leeft het nog? (inf. 03206) vertaling: leiftet nog
060 (x02e) Hoelang leven jullie nu al van die erfenis? (inf. 03206) vertaling: oelang leifde gelle na al van die erfenis
062 (x02f) In Bretagne leven ze vooral van de visvangst (inf. 03206) vertaling: in B leiven ze van de visvangst
064 (x02g) Na het eten ga ik slapen (inf. 03206) vertaling: nau t ete geunek sloupe
065 (x02h) Zou ik dat wel kunnen doen? (inf. 03206) vertaling: zaak da wel kunne doen
066 (x02i) Hij liet zijn huis afbreken (inf. 03206) vertaling: a liet zaan ous afbreke
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03206) vertaling: k weet da de Jan hard moet kunne werke
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03206) vertaling: k weet da de Jan hard moet kunne werke
komt voor: j
gebr.: 5
074 (x03a) Ik weet dat Jan hard (moet) (kunnen) (werken) (inf. 03206) vertaling: k weet da de Jan hard moet kunne werke
komt voor: j
gebr.: 5
076 (x03b) Ik weet dat Jan hard moet werken kunnen (inf. 03206) komt voor: n
078 (x03c) Ik weet dat Jan hard kunnen moet werken (inf. 03206) komt voor: n
079 (x03d) Ik weet dat Jan hard kunnen werken moet (inf. 03206) komt voor: n
081 (x03e) Ik weet dat Jan hard werken kunnen moet (inf. 03206) komt voor: n
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 3
083 (x03f) Ik weet dat Jan hard werken moet kunnen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 3
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
879 (x04(iii)a) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur moet bouwen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
880 (x04(iii)b) Ik weet dat Jan een nieuwe schuur bouwen moet (inf. 03206) komt voor: n
088 (x04(iii)c) Ik weet dat Jan moet een nieuwe schuur bouwen (inf. 03206) komt voor: n
089 (x04(iii)d) Ik weet dat Jan bouwen een nieuwe schuur moet (inf. 03206) komt voor: n
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
091 (x04(iv)a) Ik vind dat Marie naar Jef moet bellen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
092 (x04(iv)b) Ik vind dat Marie naar Jef bellen moet (inf. 03206) komt voor: n
093 (x04(iv)c) Ik vind dat Marie moet naar Jef bellen (inf. 03206) komt voor: n
094 (x04(iv)d) Ik vind dat Marie bellen naar Sjef moet (inf. 03206) komt voor: n
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
095 (x04(ix)a) Jan zei dat Marie naar een bakker moest gaan (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
096 (x04(ix)b) Jan zei dat Marie naar een bakker gaan moest (inf. 03206) komt voor: n
097 (x04(ix)c) Jan zei dat Marie moest naar een bakker gaan (inf. 03206) komt voor: n
098 (x04(ix)d) Jan zei dat Marie gaan naar een bakker moest (inf. 03206) komt voor: n
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
100 (x04(v)a) Ik weet dat Jan jammer genoeg moet vertrekken (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
101 (x04(v)b) Ik weet dat Jan jammer genoeg vertrekken moet (inf. 03206) komt voor: n
102 (x04(v)c) Ik weet dat Jan moet jammer genoeg vertrekken (inf. 03206) komt voor: n
103 (x04(v)d) Ik weet dat Jan vertrekken jammer genoeg moet (inf. 03206) komt voor: n
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
105 (x04(vi)a) Ik weet dat Hans niet mag komen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
106 (x04(vi)b) Ik weet dat Hans niet komen mag (inf. 03206) komt voor: n
107 (x04(vi)c) Ik weet dat Hans mag niet komen (inf. 03206) komt voor: n
110 (x04(vi)d) Ik weet dat Hans komen niet mag (inf. 03206) komt voor: n
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
112 (x04(vii)a) Ik weet dat Jan varkens wil kopen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
113 (x04(vii)b) Ik weet dat Jan varkens kopen wil (inf. 03206) komt voor: n
114 (x04(vii)c) Ik weet dat Jan wil varkens kopen (inf. 03206) komt voor: n
115 (x04(vii)d) Ik weet dat Jan kopen varkens wil (inf. 03206) komt voor: n
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
117 (x04(viii)a) Ik weet dat Eddy brood wil eten (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
118 (x04(viii)b) Ik weet dat Eddy brood eten wil (inf. 03206) komt voor: n
086 (x04(viii)c) Ik weet dat Eddy morgen wil brood eten (inf. 03206) komt voor: n
121 (x04(viii)d) Ik weet dat Eddy eten brood wil (inf. 03206) komt voor: n
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
123 (x04(x)a) Eddy moet vroeg kunnen opstaan (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
124 (x04(x)b) Eddy moet vroeg opstaan kunnen (inf. 03206) komt voor: n
087 (x04(x)c) Eddy moet kunnen vroeg opstaan (inf. 03206) komt voor: n
126 (x04(x)d) Eddy moet opstaan vroeg kunnen (inf. 03206) komt voor: n
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
128 (x04(xi)a) Ik zei dat Willy de auto moest verkopen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
129 (x04(xi)b) Ik zei dat Willy de auto verkopen moest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
130 (x04(xi)c) Ik zei dat Willy moest de auto verkopen (inf. 03206) komt voor: n
131 (x04(xi)d) Ik zei dat Willy verkopen de auto moest (inf. 03206) komt voor: n
133 (x05a) Jan heeft geeneen boek meer (inf. 03206) vertaling: Jan ei geeneneenen boek nie meer
134 (x05b) Jan en heeft geen boek meer (inf. 03206) vertaling: Jan ei genen boek niemeer
135 (x05c) Boeken heeft Jan geen (inf. 03206) vertaling: boeken ei de jan nie
136 (x05d) Jan en heeft niet veel geld niet meer (inf. 03206) vertaling: Jan ei nie veul geld niemeer
144 (x05e) Er mag niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03206) vertaling: der mag niemand over de geval praute
138 (x05f) Er mag niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03206) vertaling: der mag niemand over da geval praute
139 (x05g) Niemand zegt dat hij komt niet (inf. 03206) vertaling: niemand zei dat em nie komt
opm.: interpretatiegeval
140 (x05h) Zitten hier nergens geen muizen? (inf. 03206) vertaling: zitte ier ieverans mouze
141 (x05i) Ik geef niets aan een ander niet (inf. 03206) vertaling: k geefekik oun een ander niks
142 (x05j) Niemand wil niet werken niet (inf. 03206) vertaling: niemand wil nie werke
opm.: misschien verkeerde interpretatie van betekenis
143 (x05k) Wij en wisten niet dat hij thuis was (inf. 03206) vertaling: welle wiste nie datem tous was
144a (x05l) Ik wist het niet ook niet (inf. 03206) vertaling: k wist et oek nie
145 (x05m) Hij mag met niemand spreken niet over dit probleem (inf. 03206) vertaling: a mag me niemand spreke over da geval
155 (x06) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen (moet) (hebben) (gemaakt) (inf. 03206) vertaling: Jan wet datem veu dra uur den ottoo gemokt mut emme
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
156 (x06a) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet hebben gemaakt (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
157 (x06b) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen moet gemaakt hebben (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
158 (x06c) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben moet gemaakt (inf. 03206) komt voor: n
159 (x06d) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen hebben gemaakt moet (inf. 03206) komt voor: n
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
160 (x06e) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt moet hebben (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
161 (x06f) Jan weet dat hij voor drie uur de wagen gemaakt hebben moet (inf. 03206) komt voor: n
162 (x07a) Maries auto is kapot (inf. 03206) vertaling: Marie eure otto is kapot
163 (x07b) Marie d'r/se(n) auto is kapot (inf. 03206) vertaling: Marie eure otto is kapot
164 (x07c) Piets auto is kapot (inf. 03206) vertaling: Piet zanen otto is kapot
165 (x07d) Piet z'n/se auto is kapot (inf. 03206) vertaling: Piet zanen otto is kapot
166 (x07e) Die mans auto is kapot (inf. 03206) vertaling: die man zanen otto is kapot
167 (x07f) Die man zijn/se auto is kapot (inf. 03206) vertaling: die man zanen otto is kapot
168 (x07g) Die auto is niet van mij maar van hem (inf. 03206) vertaling: diee otto is nie van ma mou van em
169 (x07h) Gisterens krant ligt onder de TV (inf. 03206) vertaling: de gazet van gistere lei onder den TV
170 (x07i) Jan is Karolien en Kristien se/hun broertje (inf. 03206) vertaling: Jan is t brurke van K en K
171 (x07j) Die jongens hun fietsen zijn gestolen (inf. 03206) vertaling: die vello's van die joenges zen gepikt
172 (x07k) Die zussen d'r moeder is op bezoek (inf. 03206) vertaling: de moeder van die zusters is oep bezuuk
173 (x07l) Die auto is Wims (inf. 03206) vertaling: diee otto is van de W
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03206) vertaling: diee vello is van ma
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03206) vertaling: diee vello is de mane
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03206) vertaling: diee vello is de mane
174 (x07m) Die fiets is mijns (inf. 03206) vertaling: diee vello is van ma
178 (x08a) Hij mag met niemand spreken over dit probleem niet (inf. 03206) vertaling: a mag me niemand spreke over da geval
179 (x08b) Ik wil niemand niet kwetsen niet (inf. 03206) vertaling: k wil niemand zeeier doen
180 (x08c) Het is jammer dat wij komen niet en mogen (inf. 03206) vertaling: t es spatig da we ni meige kome
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03206) vertaling: da geunek nie doen
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03206) vertaling: da geunekik nie doen
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03206) vertaling: da geunekik nie doen
181 (x08d) Dat niet en ga ik doen (inf. 03206) vertaling: da geunek nie doen
182 (x08e) (Heb je hard gewerkt?) Niet heb ik gewerkt (inf. 03206) vertaling: ik hem nie gewerkt
183 (x08f) Niet had hij het verteld of Marie begon te huilen (inf. 03206) vertaling: a ad et just verteld of M begon te schreeuwe
184 (x08g) Gaan haalt die bestelling nu maar op! (inf. 03206) vertaling: ault die bestelling na mar oep
185 (x08h) Hij en werkt (inf. 03206) vertaling: a werkt nie
186 (x08i) Je weet dat niemand hier binnen mag, dus ik verbied je nog een keer om hier niet te komen (inf. 03206) vertaling: k wil ni dache ier komt
opm.: pleonastische negatie bij negatief werkwoord: n.v.t.
187 (x08j) Jan verhinderde dat we Marie niet belden (inf. 03206) vertaling: Jan wilde nie da we M belde
opm.: pleonastische negatie bij negatief werkwoord: n.v.t.
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03206) fragment: te (2)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03206) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03206) fragment: om (1)
188 (x09a) Heb je genoeg mensen om hooi van het land te halen? (inf. 03206) fragment: te (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03206) fragment: om te (1)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03206) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03206) fragment: (2)
189 (x09b) Het was aardig van Jan om te komen werken (inf. 03206) fragment: om te (1)
190 (x09c) Deze ton is zwaar om te dragen (inf. 03206) fragment: om te (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03206) fragment: (2)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03206) fragment: as (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03206) fragment: as (1)
191 (x09d) ...... je met ons mee wilt ...... moet je nu je jas aan doen (inf. 03206) fragment: (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03206) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03206) fragment: om (1)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03206) fragment: te (2)
192 (x09e) We hopen allemaal van op tijd thuis te zijn (inf. 03206) fragment: te (2)
193 (x09f) Dat is zo zeker als ??n en ??n twee is (inf. 03206) fragment: as (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03206) fragment: as (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03206) fragment: dan (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03206) fragment: dan (1)
194 (x09g) Ik denk niet dat wij rijker zijn ......... Marie (inf. 03206) fragment: as (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03206) fragment: as (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03206) fragment: as (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03206) fragment: dan (1)
195 (x09h) Jullie hebben meer tijd ......... wij (inf. 03206) fragment: dan (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03206) fragment: dan (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03206) fragment: as (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03206) fragment: as (1)
196 (x09i) Wij hebben meer tijd ......... jij (inf. 03206) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03206) fragment: as (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03206) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03206) fragment: dan (1)
197 (x09j) Is Jan even oud als jij? (inf. 03206) fragment: as (1)
199 (x09k) Hij staat te zeuren (inf. 03206) fragment: te (1)
198 (x09l) Hij kan staan zeuren (inf. 03206) fragment: (1)
200 (x09m) Toen we aankwamen regende het (inf. 03206) fragment: as (maar zonder toen) (1)
201 (x09n) Jan zei ......... hij wou meegaan (inf. 03206) fragment: dat (1)
202 (x09o) Hij deed of hij haar niet zag (inf. 03206) fragment: (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03206) fragment: of (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03206) fragment: dat (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03206) fragment: dat (1)
203 (x09p) Ik weet niet of hij komt (inf. 03206) fragment: of (1)
204 (x10a) Ik weet dat jullie op niemand boos zijn (inf. 03206) vertaling: k weet da gelle oep niemand kwaa zet
205 (x10b) Ik weet dat zij op niets trots is (inf. 03206) vertaling: k weet da za oep niks fier is
206 (x10c) Els denkt dat 't niet gemakkelijk is (inf. 03206) vertaling: Els paast dat ni gemakkelijk is
207 (x10d) Ik weet dat ik te laat ben en jij niet (inf. 03206) vertaling: k weet dak te laut ben en ga nie
208 (x10e) Je weet toch dat jij moet werken en ik niet (inf. 03206) vertaling: ge wet toch da ga mut werke en ikke nie
209 (x10f) Iedereen denkt dat wij naar huis gaan en dat zij nog mogen blijven (inf. 03206) vertaling: iederien paast da welle nour ous geun en da zeule meuge blave
210 (x10g) Het is jammer dat hij komt en dat zij weggaat (inf. 03206) vertaling: t is spatig dat a komt en da za weggon
211 (x10h) Ik denk dat Lisa ziek is (inf. 03206) vertaling: k paas da L ziek is
213 (x10i) Ik denk dat Pieter en Liesje gaan trouwen (inf. 03206) vertaling: k paas da P en L geun trawe
226 (y01(i)a) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij en doet (inf. 03206) komt voor: n
227 (y01(i)b) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: Hij doet (inf. 03206) komt voor: n
228 (y01(i)c) Persoon A vraagt: Hij slaapt; persoon B antwoordt: 't Doet (inf. 03206) komt voor: n
230 (y01(ii)a) A: Hij zal niet komen B: Hij en doet (inf. 03206) komt voor: n
231 (y01(ii)b) A: Hij zal niet komen B: Hij doet (inf. 03206) komt voor: n
232 (y01(ii)c) A: Hij zal niet komen B: 't doet (inf. 03206) komt voor: n
234 (y01(iii)a) A: Slaapt hij? B: Ja, hij doet (inf. 03206) komt voor: n
235 (y01(iii)b) A: Slaapt hij? B: Ja, dat doet hij (inf. 03206) komt voor: j
236 (y01(iii)c) A: Slaapt hij? B: Ja, hij en doet (inf. 03206) komt voor: n
237 (y01(iii)d) A: Slaapt hij? B: Ja, hij slaapt (inf. 03206) komt voor: j
238 (y01(iii)e) A: Slaapt hij? B: Nee, hij doet niet (inf. 03206) komt voor: n
239 (y01(iii)f) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet (inf. 03206) komt voor: n
240 (y01(iii)g) A: Slaapt hij? B: Nee, hij en doet niet (inf. 03206) komt voor: n
241 (y01(iii)h) A: Slaapt hij? B: Nee, hij slaapt niet (inf. 03206) komt voor: j
242 (y01(iii)i) A: Slaapt hij? B: 't Doet (inf. 03206) komt voor: n
243 (y01(iii)j) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Ie doet (inf. 03206) komt voor: n
244 (y01(iii)k) Persoon A vraagt: Slaapt hij?; persoon B antwoordt: Toetoet (inf. 03206) komt voor: n
245 (y01(iv)a) De lamp doet niet meer branden; De kinderen doen hier niet voetballen; Branden doet de lamp niet meer (inf. 03206) komt voor: n
246 (y01(iv)b) Doet Marie elke avond dansen? (inf. 03206) komt voor: n
247 (y01(iv)c) Doe het brood even snijden! (inf. 03206) komt voor: n
249 (y02a) De jongen wiens moeder gisteren hertrouwd is, stond achter mij (inf. 03206) fragment: van wie de (1)
250 (y02b) De bank waar ze op zaten was pas geverfd. (inf. 03206) fragment: wour (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03206) fragment: wour (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03206) fragment: wour (1)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03206) fragment: (2)
251 (y02c) De bank ...... op ...... ze zaten is pas geverfd. (inf. 03206) fragment: (2)
253 (y02e) Op zondag gingen we met heel de familie naar zee, wat heel leuk was. (inf. 03206) fragment: wat (1)
254 (y02f) Dat is een man die je nooit in een caf? zult aantreffen (inf. 03206) fragment: die (1)
255 (y02g) In het dorp waar ik woon staat een oud kerkje (inf. 03206) fragment: wour (1)
256 (y02h) Op de dag dat we aankwamen regende het (inf. 03206) fragment: da (1)
opm.: Twijfelgeval D-woord of voegwoord
258 (y02i) Dat is iets wat ik niet graag doe (inf. 03206) fragment: wa (1)
257 (y02j) Dat is iets wat heel mooi is (inf. 03206) komt voor: n
259 (y02k) Wie geld heeft moet mij maar wat geven (inf. 03206) fragment: wie (1)
260 (y03a) Wat denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03206) vertaling: wie paasde ga dak in t stad gezien em
261 (y03b) Wat denken jullie hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03206) vertaling: oe paasde gelle da ze oepgelost emme
265 (y03c) Hoe denk je hoe ze het hebben opgelost? (inf. 03206) vertaling: oe paasde da ze t emme oepgelost
263 (y03d) Magda weet niet wie dat wij willen bellen (inf. 03206) vertaling: M wet nie wie da welle wille belle
264 (y03e) Weet iemand wie of dat wij geroepen hebben? (inf. 03206) vertaling: wet iemand wie welle geroepe emme
262 (y03f) Wie denk je wie ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03206) vertaling: wie paasde ga dak in t stad gezien em
266 (y03g) Wie denk je die ik in de stad ontmoet heb? (inf. 03206) vertaling: wie paasde ga dak in t stad gezien em
267 (y04a) Hij heeft zijn handen gewassen (inf. 03206) vertaling: a ei zaan anne gewasse
268 (y04b) Hij heeft zijn hemd gewassen (inf. 03206) vertaling: a ei zaan em gewasse
269 (y04c) Hij heeft een hoed op het hoofd (inf. 03206) vertaling: a ei nen oed op zane kop
270 (y04d) Hij heeft een vlek op zijn hemd (inf. 03206) vertaling: a ei em plek oep zaan em
271 (y04e) Hij heeft zijn been gebroken (inf. 03206) vertaling: a ei zaan bien gebroke
272 (y04f) Zij heeft zich pijn gedaan (inf. 03206) vertaling: a ei zaan age zier gedoun
opm.: reflexief: z'n eigen
273 (y04g) Marie trok de deken naar zich toe (inf. 03206) vertaling: M trok de seuze nour eur toe
opm.: reflexief: haar
051 (y04h) Luc weet dat er foto's van hemzelf te koop zijn (inf. 03206) vertaling: Luc wet dat er fotto's van zen age te koep zen
274 (y04i) Jij herinnert je toch wel dat we toen door dat bos heen zijn gelopen? (inf. 03206) vertaling: ga wet toch wel da we tun deu da bos zen geloepe
277 (y04j) Ik herinner me dat de auto van Marie kapot was. (inf. 03206) vertaling: ik weet nog dat den otto van M kapot was
280 (y04k) Zij herinnert zich dat hij als een varken zat te eten (inf. 03206) vertaling: za wet nog dat em at gelak e varke
283 (y04l) Wij herinneren ons wel dat al Jan zijn boeken gestolen waren, maar zij herinneren het zich niet (inf. 03206) vertaling: welle wete nog wel dat alle boeken van de Jan gestole woure mor zeule wete da nie mier
286 (y04m) Herinneren jullie je nog dat we Jan op de markt gezien hebben? (inf. 03206) vertaling: wette gelle nog da we de Jan op de met emme gezien
289 (y04n) Hij heeft zich een ongeluk gewerkt (inf. 03206) vertaling: a ei zen age en ongeluk gewerkt
opm.: reflexief: z'n eigen
290 (y04o) Hij voelde zich door het ijs zakken (inf. 03206) vertaling: a vulde zaan age deu t aas zakke
opm.: reflexief: z'n eigen
295 (y05) Zou hij dat (gedaan/doen) (hebben) (gekund)? (inf. 03206) vertaling: zou en da kunne gedoun emme
877 (y05(i)) Hij heeft dat nooit gekund (inf. 03206) fragment: gekunne (1)
878 (y05(ii)) Hij heeft dat nooit gedaan (inf. 03206) fragment: gedoun (1)
296 (y05(iii)a) Zou hij dat gedaan hebben gekund? (inf. 03206) komt voor: n
297 (y05(iii)b) Zou hij dat gedaan gekund hebben? (inf. 03206) komt voor: n
298 (y05(iii)c) Zou hij dat hebben gekund gedaan? (inf. 03206) komt voor: n
299 (y05(iii)d) Zou hij dat hebben gedaan gekund? (inf. 03206) komt voor: n
300 (y05(iii)e) Zou hij dat gekund hebben gedaan? (inf. 03206) komt voor: n
301 (y05(iii)f) Zou hij dat gekund gedaan hebben? (inf. 03206) komt voor: n
302 (y05(iii)g) Zou hij dat hebben gekund doen? (inf. 03206) komt voor: n
303 (y05(iii)h) Zou hij dat hebben doen gekund? (inf. 03206) komt voor: n
304 (y05(iii)i) Zou hij dat doen hebben gekund? (inf. 03206) komt voor: n
305 (y05(iii)j) Zou hij dat doen gekund hebben? (inf. 03206) komt voor: n
306 (y05(iii)k) Zou hij dat gekund doen hebben? (inf. 03206) komt voor: n
307 (y05(iii)l) Zou hij dat gekund hebben doen? (inf. 03206) komt voor: n
309 (y06a) Ik heb geen zin en voeren de koeien (inf. 03206) komt voor: n
310 (y06b) Zij kwamen aan te gewandelen (inf. 03206) komt voor: n
311 (y06c) Ik denk hij weg is (inf. 03206) komt voor: n
312 (y06d) Ik zei nog tegen haar: ik denk hij is weg (inf. 03206) komt voor: n
314 (y06e) Ik weet dat hij is weg (inf. 03206) komt voor: n
315 (y06f) Ik weet hij is weg (inf. 03206) komt voor: n
316 (y06g) Hij wou nog snel even bij de bakker naar binnen en koop een broodje. (inf. 03206) komt voor: n
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03206) vertaling: M al eur koeie zen verdroenke ba die overstroming
komt voor: j
317 (y06h) Marie al haar koeien zijn verdronken bij de overstroming (inf. 03206) vertaling: M al eur koeie zen verdroenke ba die overstroming
komt voor: j
318 (y06i) Kaas maken weet ik niets van (inf. 03206) komt voor: n
321 (y06j) Die rare jongen ben/heb ik mee naar de markt geweest (inf. 03206) komt voor: n
322 (y06k) Ik heb al de eerste drie sommen gemaakt. De welke heb jij gemaakt? (inf. 03206) komt voor: n
323 (y06l) De watvoore/waffere heb jij al weggebracht? (inf. 03206) komt voor: n
324 (y06m) De zulke zou ik niet durven opeten (inf. 03206) komt voor: n
325 (y06n) De die zou ik niet durven opeten (inf. 03206) vertaling: de die zakik nie deurve oepete
komt voor: j
325 (y06n) De die zou ik niet durven opeten (inf. 03206) vertaling: de die zakik nie deurve oepete
komt voor: j
326 (y06o) Ik weet dat Jan naar de markt geweest heeft (inf. 03206) komt voor: n
330 (y07a) Lopentere kwam ik hem tegen (inf. 03206) komt voor: n
331 (y07b) Ik heb heel wat lopen gedaan (inf. 03206) komt voor: n
332 (y07c) Ik word nu moe, dat ik hou er maar mee op (inf. 03206) komt voor: n
333 (y07d) Hij deed zich voor dat hij net uit zijn bed kwam (inf. 03206) komt voor: n
334 (y07e) De schilder is hier geweest te schilderen (inf. 03206) komt voor: n
335 (y07f) Ga je naar huis denk? (inf. 03206) komt voor: n
336 (y08a) In die tijd leefde ik erop los (inf. 03206) vertaling: in diee taad leifde ik er mor oep los
337 (y08b) Vroeger leefde hij als een beest (inf. 03206) vertaling: vruger leifde em gelak en biest
338 (y08c) Daar leefden wij als god in Frankrijk (inf. 03206) vertaling: dou leifde welle gelak god in F
339 (y08d) Niemand mag het zien, dus ik vind dat jij het ook niet mag zien (inf. 03206) vertaling: niemand mag et zien, dus vinekik da ga et oek nie meugt zien
340 (y08e) Het gebeurde toen je wegging (inf. 03206) vertaling: t gebeurde tun dache wegging
341 (y08f) Ik weet waar je geboren bent (inf. 03206) vertaling: k weet wour da ge za gebore
opm.: waar dat - ja
342 (y08g) Nu je klaar bent, mag je gaan (inf. 03206) vertaling: na dache kleir za meugde goun
343 (y08h) Doordat Marie overleden was, heeft haar man Anna niet meer kunnen helpen (inf. 03206) vertaling: oemda M gesteurven is, ei eure man A nie mier kunne eulpe
346 (y09) Ik weet dat hij (is) (gaan) (zwemmen) (inf. 03206) vertaling: k weet datem is goun zwemme
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
347 (y09a) Ik weet dat hij is gaan zwemmen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
348 (y09b) Ik weet dat hij is zwemmen gaan (inf. 03206) komt voor: n
349 (y09c) Ik weet dat hij gaan is zwemmen (inf. 03206) komt voor: n
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
350 (y09d) Ik weet dat hij gaan zwemmen is (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
351 (y09e) Ik weet dat hij zwemmen is gaan (inf. 03206) komt voor: n
352 (y09f) Ik weet dat hij zwemmen gaan is (inf. 03206) komt voor: n
353 (y10a) Persoon A vraagt: Wil je nog koffie, Jan? Jan antwoordt: Ja'k (inf. 03206) komt voor: n
354 (y10b) Gaat ze dansen? Jase (inf. 03206) komt voor: n
355 (y10c) Persoon A vraagt: Hebben ze gegeten? Persoon B antwoordt: Jaanze (inf. 03206) komt voor: n
356 (y10d) Is het huis te koop? Jaa't (inf. 03206) komt voor: n
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03206) vertaling: wie da
komt voor: j
357 (y10e) A: Er komt morgen iemand langs. B: Wie dat? (inf. 03206) vertaling: wie da
komt voor: j
359 (y11a) Met zulk weer je kunt niet veel doen (inf. 03206) komt voor: n
360 (y11b) Als het kermis is de mensen komen buiten (inf. 03206) komt voor: n
361 (y11c) Ik wil hem nooit meer zien want hij mij bedrogen heeft (inf. 03206) komt voor: n
362 (y11d) Ik wil hem nooit meer zien omdat hij heeft mij bedrogen (inf. 03206) komt voor: n
363 (y11e) Jij gaat naar het voetbal kijken met ik (inf. 03206) komt voor: n
365 (y11f) Hem is dood (inf. 03206) komt voor: n
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03206) vertaling: is em dood
komt voor: j
364 (y11g) Is hem dood? (inf. 03206) vertaling: is em dood
komt voor: j
366 (y11h) Haar is ziek (inf. 03206) komt voor: n
367 (y11i) Is haar ziek? (inf. 03206) komt voor: n
368 (y11j) Met hij/hem te werken moest zij de hele dag thuis blijven (inf. 03206) komt voor: n
369 (y11k) Met het te sneeuwen konden we de stad niet uit (inf. 03206) komt voor: n
370 (z01a) Dat is de man die ze geroepen hebben (inf. 03206) fragment: die (1)
371 (z01b) Dat is de man die het verhaal heeft verteld (inf. 03206) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03206) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03206) fragment: die (1)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03206) fragment: dat (2)
372 (z01c) Dat is de man die ik denk dat het verhaal heeft verteld (inf. 03206) fragment: dat (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03206) fragment: da (2)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03206) fragment: die (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03206) fragment: die (1)
373 (z01d) Dat is de man die ik denk dat ze geroepen hebben (inf. 03206) fragment: da (2)
374 (z01e) De mannen ... ik mee gesproken heb, zitten daar (inf. 03206) fragment: waar (1)
375 (z01f) De mannen met ... ik gesproken heb zitten daar (inf. 03206) fragment: wie (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03206) fragment: (2)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03206) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03206) fragment: waar (1)
376 (z01g) De mannen ... mee ik gesproken heb zitten daar (inf. 03206) fragment: (2)
377 (z01h) Dat is een huis ... ik wel zou willen hebben (inf. 03206) fragment: dak (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
379 (z01i) Daar loopt de lerares ... het gedaan heeft (inf. 03206) fragment: die (1)
380 (z01j) Dat is het huis dat ik gekocht heb (inf. 03206) fragment: da (1)
opm.: twijfelgeval D-woord of voegwoord
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03206) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03206) fragment: wie (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03206) fragment: die (1)
381 (z01k) Wie te laat komt, moet op de bank zitten (inf. 03206) fragment: die (1)
382 (z01l) De vrouw ... vader vorig jaar gestorven is, is gisteren getrouwd (inf. 03206) fragment: van wie de (1)
384 (z02a) Piet denkt dat Jan en Marie op niemand niet boos zijn (inf. 03206) vertaling: Piet paast da J en M op niemand kwaud zen
385 (z02b) Wim denkt dat we nooit niemand een prijs geven (inf. 03206) vertaling: Wim paast da we nooit oun iemand ne praas geve
386 (z02c) Het is waar dat ze mogen niet met Marie praten (inf. 03206) vertaling: t is echt wour da ze me Marie nie meuge proute
389 (z03a) A: Waar groeit het geld aan de bomen? B: Nergens niet (inf. 03206) vertaling: nerges
388 (z03b) A: Wie heeft de auto meegenomen? B: Niemand niet (inf. 03206) vertaling: dak et ni en weet
387 (z03c) Persoon A vraagt: Wanneer zal de wereldvrede komen? Persoon B antwoordt: Nooit niet (inf. 03206) vertaling: nooit
390 (z03d) A: Wat is rond en vierkant tegelijk? B: Niets niet (inf. 03206) vertaling: niks
391 (z03e) A: Welke koeien heeft hij gemolken? B: Geen enkele niet (inf. 03206) vertaling: allemaal
392 (z04a) Zeg hem niet dat ik naar buiten ben geweest! (inf. 03206) vertaling: vertel teur ne kie dak ni boute ben gewest
393 (z04b) Niet vertellen dat je een cadeau voor hem hebt gekocht, hoor! (inf. 03206) vertaling: nie zegge dache ne cado veur em et gekocht zenne
394 (z04c) Weet je niet dat hij gevallen is? (inf. 03206) vertaling: wette ni datem gevalle is
399 (z05a) Wendy probeerde om niemand pijn te doen (inf. 03206) vertaling: W probeerde oem niemand zier te doen
397 (z05b) 't Schijnt dat ze niets mag eten (inf. 03206) vertaling: t schent daze niks mag ete
398 (z05c) Ze schijnt niets te mogen eten (inf. 03206) vertaling: ze schent niks te meugen ete
399a (z05d) Ze proberen al de hele dag om elkaar op te bellen (inf. 03206) vertaling: ze probeerde al iel den dag mekander oep te belle
400 (z05e) Het belooft weer een mooie dag te worden (inf. 03206) vertaling: t belooft we ne schoenen dag te were
401 (z05f) 't Is misschien beter om nog even te wachten (inf. 03206) vertaling: t is misschien beiter oem nog efkes te wachte
402 (z05g) We hadden 't geluk om hem direct terug te vinden (inf. 03206) vertaling: we adde chans oem em direct terug te vinne
404 (z06a) Als de kippen een valk zien, zijn ze bang (inf. 03206) vertaling: as de kiekes ne valk zien, krage ze schrik
405 (z06b) Als we de aardappelen niet kunnen verkopen, zitten we in de problemen (inf. 03206) vertaling: as we de petatte nie kunne verkoepe, zitte we in de petatte
406 (z06c) Als jullie hem niet meenemen word ik kwaad (inf. 03206) vertaling: as gem meenemt weurek kwou
407 (z06d) Hij wist he(n)t (inf. 03206) vertaling: aa wist et
408 (z06e) Op dit feest wordt er veel gedanst (inf. 03206) vertaling: oep de fiest werd er veul gedanst
409 (z06f) Nu wordt er alleen nog maar brood verkocht in die winkel (inf. 03206) vertaling: na werd er allien nog broed verkocht in die winkel
410 (z06g) Als hij met de fiets komt, zal hij wel laat zijn (inf. 03206) vertaling: as em me de vello komt, zal em wel loat zaan
412a (z06h) Als je tijd hebt, kom dan eens een keertje langs (inf. 03206) vertaling: as ge taad et, komt dan is ne kier
413a (z06i) Als ik rijk ben, koop ik een dure auto (inf. 03206) vertaling: as ek raak ben, koepek ne dure ottoo
881 (z07(i)) Ik weet dat (ge)(je) 't (gij)(jij) gedaan hebt (inf. 03206) komt voor: n
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03206) vertaling: misschien geun ne ket wel krage
komt voor: j
opm.: DAV
417 (z07(ii)a) Misschien ga'k 'et (e)(k)ik wel krijgen (inf. 03206) vertaling: misschien geun ne ket wel krage
komt voor: j
opm.: DAV
418 (z07(ii)b) Durfder gij op duwen? (inf. 03206) komt voor: n
419 (z07(ii)c) Durfdeme gij uitnodigen? (inf. 03206) komt voor: n
420 (z07(ii)d) Durfdeze gij uitnodigen? (inf. 03206) komt voor: n
421 (z07(ii)e) Is hij Pol hier geweest? (inf. 03206) komt voor: n
422 (z07(ii)f) Hoe heeft hij Pol dat opgelost? (inf. 03206) komt voor: n
423 (z07(ii)g) Heb je me jij die brief opgestuurd? (inf. 03206) komt voor: n
424 (z07(ii)h) Ik heb hem het gegeven (inf. 03206) komt voor: n
425 (z07(ii)i) Ze leeft zij op water en brood deze week (inf. 03206) komt voor: n
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03206) vertaling: M ei gezei dacha geprobeerd et e lieke te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03206) vertaling: M ei gezei da ga et geprobeerd e lieke te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03206) vertaling: M ei gezei dacha geprobeerd et e lieke te zinge
431 (z08) Marie heeft gezegd dat jij (een liedje) (hebt) (geprobeerd) (te zingen) (inf. 03206) vertaling: M ei gezei da ga et geprobeerd e lieke te zinge
549 (z08(v)) Marie heeft gezegd dat jij haar hebt geprobeerd een boek te geven (inf. 03206) vertaling: M ei gezei da ga et geprobeerd eur nen boek te geve
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
543a (z08a) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt geprobeerd te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
546 (z08b) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd hebt te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
537 (z08c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje geprobeerd te zingen hebt (inf. 03206) komt voor: n
604a (z08d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen geprobeerd (inf. 03206) komt voor: n
547 (z08e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen geprobeerd hebt (inf. 03206) komt voor: n
543 (z08f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt geprobeerd (inf. 03206) komt voor: n
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
535 (z08g) Marie heeft gezegd dat jij hebt geprobeerd een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
440 (z09a) Die van de stad, die hebben hier veel huizen gebouwd (inf. 03206) vertaling: die van t stad emme ier veul ouze gebaad
441 (z09b) Aan die nieuwe vaart, daar zie je geen mens meer (inf. 03206) vertaling: aun die neuf vourt ziede giene mens nemie
442 (z09c) Gisteren die is Jan hier geweest (inf. 03206) vertaling: gistere is de Jan ier gewest
443 (z09d) De dag dat Jan belde, was ik niet thuis (inf. 03206) vertaling: den dag da die Jan belde, was ek nie tous
444 (z09e) Jef, die zou ik nooit uitnodigen (inf. 03206) vertaling: Jef, die zok noeit outnodige
445 (z09f) Marie, die zou zoiets nooit doen (inf. 03206) vertaling: M die zo zoe iet noeit doen
446 (z09g) Bert, die drinkt wel eens een glas te veel (inf. 03206) vertaling: Bert, die drinkt wel is e glas te veul
447 (z09h) Martha, die zou ik wel eens bij mij thuis willen uitnodigen (inf. 03206) vertaling: M, die zok wel is ba ma tous wille vrouge
448 (z09i) Dat huis, dat zou ik nooit willen kopen (inf. 03206) vertaling: dat ous, da zok noeit wille koepe
449 (z09j) Dat huis, dat staat daar al vijftig jaar (inf. 03206) vertaling: dat ous, da stou dour al fefteg jour
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
451 (z10(i)a) Ze zijn naar de markt geweest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
452 (z10(i)b) Ze hebben naar de markt geweest (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
453 (z10(i)c) Ze zijn/hebben geweest naar de markt (inf. 03206) komt voor: n
454 (z10(i)d) Ze hebben geweest naar de markt (inf. 03206) komt voor: n
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
456 (z10(ii)a) Hij heeft zijn kinderen op de tractor gezet (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
457 (z10(ii)b) Hij heeft zijn kinderen gezet op de tractor (inf. 03206) komt voor: n
458 (z10(ii)c) Hij heeft gezet zijn kinderen op de tractor (inf. 03206) komt voor: n
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
461 (z10(iii)a) Hij heeft zijn voorgevel helemaal wit geschilderd (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
462 (z10(iii)b) Hij heeft zijn voorgevel geschilderd helemaal wit (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
464 (z10(iii)c) Hij heeft geschilderd zijn voorgevel helemaal wit (inf. 03206) komt voor: n
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
466 (z10(iv)a) Mijn vrouw kan dialect spreken (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
467 (z10(iv)b) Mijn vrouw kan spreken dialect (inf. 03206) komt voor: n
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
469 (z10(v)a) Gunther heeft Annemie naar huis gebracht (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
470 (z10(v)b) Gunther heeft Annemie gebracht naar huis (inf. 03206) komt voor: n
471 (z10(v)c) Gunther heeft gebracht Annemie naar huis (inf. 03206) komt voor: n
472 (z11a) En heeft Gunther gebeld? (inf. 03206) vertaling: ei G gebeld
473 (z11b) En pas op! (inf. 03206) vertaling: pas oep
474 (z11c) 't En was maar net goed genoeg (inf. 03206) vertaling: t was mo just goe genoeg
475 (z11d) Marjo heeft nu meer koeien dan ze vroeger en had (inf. 03206) vertaling: M ei na mier kue dan de ze vruger at
476 (z11e) Als Susanne en had kunnen komen dan had ze dat gedaan (inf. 03206) vertaling: as s at kunne kome, dan at ze da gedoun
477 (z11f) Zij is de beste dokter die ik en ken (inf. 03206) vertaling: za is den beste doktoor dak ken
478 (z11g) Voor je iets en weggooit, moet je even bellen (inf. 03206) vertaling: as giet wegsmet mutte efkes belle
479 (z11h) Hier is alles wat ik gekregen en heb (inf. 03206) vertaling: ier is alles wak gekrege em
480 (z11i) Jan en is te gierig om iets aan z'n kinderen te geven (inf. 03206) vertaling: J is te gierig oem iet oun zaan kindere te geve
481 (z11j) Alsof jij iets van voetballen en weet! (inf. 03206) vertaling: pesies of da ga iet van voetballe wet
482 (z11k) Dat boek leg neer! (inf. 03206) vertaling: legt dieen boek is weg
483 (z11l) Als je echt niet kunt wachten, dan kom maar (inf. 03206) vertaling: as gecht ni kunt wachte, dan komde mo
488 (z12a) Ik weet dat Jan de dokter had kunnen roepen (inf. 03206) vertaling: k weet da J den doktoor at kunne roepe
489 (z12b) Ik weet dat Jan de dokter kon geroepen hebben (inf. 03206) vertaling: k weet da Jan den doktoor kon geroepe emme
490 (z12c) Hij zei dat ik het had moeten doen (inf. 03206) vertaling: a zee dak da at mutte doen
491 (z12d) Hij zei dat ik het moest gedaan hebben (inf. 03206) vertaling: a zee dak et moest gedoun emme
492 (z12e) Hij is vorige week door dokter Mertens geopereerd (inf. 03206) vertaling: a is veurige weik deur doktoor M geopereerd
493 (z12f) Hij wordt morgen door dokter Mertens geopereerd (inf. 03206) vertaling: a werd morge deur doktoor M geopereerd
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03206) vertaling: k denk dage veul weg zo mutte smate
positie: 1
495 (z13a) Ik denk dat je veel weg zou moeten gooien/Ik denk dat je veel zou weg moeten gooien/Ik denk dat je veel zou moeten weg gooien (inf. 03206) vertaling: k denk dage veul weg zo mutte smate
positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03206) vertaling: t is stoem oem zo'n duur dinge weg te smate
positie: 1
496 (z13b) Het is dom om zulke dure dingen (weg) te (weg) gooien (inf. 03206) vertaling: t is stoem oem zo'n duur dinge weg te smate
positie: 1
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03206) vertaling: a is alle kapotte dinges ount weg smate
positie: 2
497 (z13c) Hij is alle kapotte spullen (weg) aan het (weg) gooien (inf. 03206) vertaling: a is alle kapotte dinges ount weg smate
positie: 2
498 (z13d) Ik vind dat je vaker (de krant) zou (de krant) moeten (de krant) lezen (inf. 03206) vertaling: k vin dache mier za mutte leze
499 (z13e) Het is dom om in het donker (de krant) te (de krant) lezen (inf. 03206) vertaling: t is stoem oem in den doenkere te leze
500 (z13f) Hij is de hele dag (de krant) aan het (de krant) lezen (inf. 03206) vertaling: a is den ielen dag ount leze
509 (z14a) Ze heeft dat probleem aan hem laten oplossen (inf. 03206) fragment: deur (1)
512 (z15a) Zo'n ding een(e) heb ik nog nooit gezien! (inf. 03206) komt voor: n
513 (z15b) Zo een vrouw een(e) kun je maar beter niet tegenspreken (inf. 03206) komt voor: n
514 (z15c) Zo een mens een(e) heeft altijd wat om over te klagen (inf. 03206) komt voor: n
515 (z15d) Jij bent ook een rare een(e) (inf. 03206) komt voor: n
516 (z16a) Robert heeft ??n groene appel weggegeven, en nu heeft hij er nog twee rode (inf. 03206) vertaling: R ei iene grunen appel weggegeve en na eit t em er nog twie ro
412 (z16b) Er waren veel mensen op het feest (inf. 03206) vertaling: dau woure veul mense oep t fiest
413 (z16c) Jammer dat ik gisteren niet kon komen. Waren er veel mensen op het feest? (inf. 03206) vertaling: woure der veul mense oep t fiest
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03206) vertaling: wa veu boeke edde gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03206) vertaling: wa edde veu boeke gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03206) vertaling: wa edde veu boeke gekocht
520 (z16d) Wat voor boeken heb je gekocht? (inf. 03206) vertaling: wa veu boeke edde gekocht
521 (z16e) Hij woont bij Marietje (inf. 03206) vertaling: a woent baa Ma
522 (z16f) Hij woont bij Wim (inf. 03206) vertaling: a woent baa de Wim
523 (z16g) Loop even naar de bakker, Wim! (inf. 03206) vertaling: leupte ga efkes nou den bakker
524 (z16h) Wie heb je gezien? (inf. 03206) vertaling: wie edde gezien
525 (z16i) Wie heeft jou gezien? (inf. 03206) vertaling: wie ei a gezien
527 (z16j) Had ik dat geweten dan had ik het niet gedaan (inf. 03206) vertaling: adek da gewete dan addeket noet gedoun
528 (z16k) 't Zou beter zijn om nog even te wachten (inf. 03206) vertaling: t za beiter zaan oem nog efkes te wachte
882 (z16l) Gelukkig had Jan de dokter gebeld en die was er al heel gauw (inf. 03206) vertaling: gelukkig ad de J den doktoor gebeld en die was er rap ba
883 (z16m) Loop nou toch door, vervelende jongens! (inf. 03206) vertaling: leup na toch veut ambetanterikken
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
538 (z17a) Marie heeft gezegd dat jij geprobeerd hebt een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 5
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
534 (z17b) Marie heeft gezegd dat jij hebt proberen een liedje te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
544 (z17c) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt proberen te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 4
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 3
545 (z17d) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen hebt te zingen (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 3
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 2
536 (z17e) Marie heeft gezegd dat jij een liedje proberen te zingen hebt (inf. 03206) komt voor: j
gebr.: 2
605a (z17f) Marie heeft gezegd dat jij een liedje hebt te zingen proberen (inf. 03206) komt voor: n
548 (z17g) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen proberen hebt (inf. 03206) komt voor: n
542 (z17h) Marie heeft gezegd dat jij een liedje te zingen hebt proberen (inf. 03206) komt voor: n

interview mondelinge enquête

sprekertekstcommentaar 
geen interview gehouden in Waarloos

data telefonische enquête

zinsnr.testzininstructieantwoorden
geen data telefonische enquête in Waarloos