Voornaam
populariteitslijsten
english
Jóhanna
Verklaring
Zie Johannes

Johanna komt reeds in de Bijbel voor: naam van de vrouw van Chusas, rentmeester van Herodus Antipas, die door Christus genezen werd (Lucas 8,3), waarschijnlijk dezelfde als in Lucas 24,10. Ontwikkeling van de vrouwelijke vormen in Frankrijk sedert de 9e eeuw (Dauzat 59): Johanna filia Trodewini (adellijke), Breisgau 1094 (Socin); Johannetta de Burgundia 1295; comitissa (grafin) Johanna, vrouw van Willem, graaf van Holland en Henegouwen, gestorven 1342 (Egm. Ann.); jonkvr. Johanne, dr. van Heer Willem van der Merwede, 1382 (RvR 1106); Joncvrouwe Johane Sbaken, St. Winoksbergen 1389 (Vlaamse Stam II, 85); Kortrijk omstreeks 1400: Jane, Jaenne, Jeankin, Haenkin, Hannette, Annette (Debrabandere); joncfrou Johan van der Velde, Rotterdam 1426 (SP 78, zie over het gebruik van jongensnamen voor vrouwen: Van der Schaar 1953, 32v.); Jannetje die Wijse, Utrecht 1498 (Ned. L. 1963, 228); Jannekin Immezuene, Brugge 1562 (Schouteet 81); Janeken Jan Goverts weduwe, Dordt 1567 (GD 111), Jenneke Hendricks Versteegh, geboren omstreeks 1600, Gorinchem (Ned. L. 1958, 73); Jehanneken Slocx, Brugge 1617 (Schouteet 137), Jantien Evererdi de Embda, Groningen 1613 (Ned. L. 1960, 83); Jenneke, later Johanna van Strommbergen, geboren Heusden 1629 (Ned. L. 1961, 462), Jenneken, Jannitgen Hees, Rotterdam 1644 (SR 169); Jenneken, Jannetien, Goor 1632, 1665 (Ned. L. 1961, 137); Henriette Jeanne Cabeliau, geboren Utrecht 1699 (Ned. L. 1962, 426); Jeannette, geboren Dalen 1833 (Ned. L. 1959, 23); Janetta, Dordt 1643 (Gens Nostra XXXIV, 311).