elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: slakkengang 

slakkengang  , slekkegank , slakkegang.
Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo.
slakkengang , slakkengang , slakkegang , 0 , (Zuidoost-Drenthe, Noord-Drenthe). Ook slakkegang (Zuid-Drenthe, Midden-Drenthe, Veenkoloniën) = trage gang Wij zaten in een file; het gung met een slakkenganggien (Coe)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
slakkengang , slakkegang , zelfstandig naamwoord , de; slakkengang, zeer langzame gang
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
slakkengang , slakkegänggien , zelfstandig naamwoord , slakkengangetje.
Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal