Woord: raspen
raspen , raspen
, ziften van aardappelen. Bron: Molema, H. (1895), Woordenboek der Groningsche Volkstaal in de 19e eeuw (handschrift met aanvullingen op gedrukte editie uit 1887) |
raspen , [met een rasp fijnmaken] , raspelen
, Raspen. Ook Ned. Bet. O. V. II. p. 102. Bron: Draaijer, W. (1896). Woordenboekje van het Deventersch Dialect. ’s-Gravenhage: Martinus Nijhoff |
raspen , raspelen
, Raspen. Lîk toch n(i)eet altîd te raspelen op d(i)ee hoop planken; î ramment al u gud kapòt. Ook Ned. Bet. O. V. II, p. 102. Bron: Draaijer, W. (2e druk 1936), Woordenboekje van het Deventersch Dialect, Deventer: Kluwer. |
raspen , raspele
, raspen. Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo. |
raspen , raspen , [werkwoord]
, 1 (aardappels) zeven.; 2 slecht harmonika spelen (Westerkwartier). Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
raspen , raspln , zwak werkwoord
, raspen Bron: Schönfeld Wichers, K.D. (1959), Woordenboek van het Rijssens dialect, herdruk 1996, z.pl. |
raspen , raspe
, raspde, haet of is gerasp , raspen. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
raspen , raspen , zwak werkwoord, overgankelijk
, raspen Woj de kees even veur mij raspen? (Zwin), In de oorlog raspte men jeppels um er maal van te maken en er dan maalbrij van te koken (Rui) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
raspen , raspen , werkwoord
, raspen: met een raspe fijnmaken Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
raspen , rapse , werkwoord
, raps, rapste, gerapst , raspen Bron: Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard (2006), Hoekschewaards woordenboek, Klaaswaal. |
raspen , raspelen , werkwoord
, raspelen, eraspeld , raspen. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
raspen , raspen
, rochelen. Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |