elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: hierom 

hierom  , hejum , hier om.
Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo.
hierom , hierom , [bijwoord] , Om dij houd mout dat lint nait, hier mout ‘t om. In fig. zin soms in één woord: Hier mout hai om in hoes blieven = hierom mout hai.... , In 2 woorden.
Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen
hierom , hieróm , hierom.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
hierom , hieromme , voornaamwoordelijk bijwoord , om deze kwestie
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
hierom , hierom , tussenwerpsel , commando aan lijnpaard Zie ook bij-om, bij-op
Bron: Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard (2006), Hoekschewaards woordenboek, Klaaswaal.
hierom , èèrom , naar links draaien
Bron: Melis, A. van (2011) Bikse Praot. Prinsenbeeks Dialectwoordenboek. Prinsenbeek: Heemkundekring ‘Op de Beek’


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal