Woord: beterkoop
beterkoop , beterkoop , [bijvoeglijk naamwoord]
, goedkooper. Bron: Boeles, P. (ca. 1875), Idioticon Groninganum. Vergelijkend woordenboek van den Groningschen tongval, uitgegeven door Siemon Reker, 1977, Egbert Forsten & Profiel. |
beterkoop , baeterkoup
, beterkoop. Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo. |
beterkoop , beterkoop , [zelfstandig naamwoord]
, goedkoper. Ie kinnen naarns beterkoop terecht. Niet in ‘t Westerkwartier Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
beterkoop , baeterkoup
, baeterkouper, baeterkoupste , goedkoper. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
beterkoop , bétterkoeëp
, goedkoper. Bron: Crompvoets, H. en J. van Schijndel (1991), Mééls Woordeboe:k. Meijel: Medelo. |
beterkoop , baeterkoëp
, gójkoëper. Bron: Kuipers, Cor e.a. (1993), Zò bót ás en hiëp. Plat Hôrster, Horst. |
beterkoop , beterkoop , bijvoeglijk naamwoord
, (Zuidoost-Drents zandgebied, Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, zuid) = goedkoper Dat van mij is beterkoop as dat van je (Sle) (zelfst.) Dit hoes is wal wat duurder, maor het is ok een beterkoop een betere koop (Wee) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
beterkoop , bëterkoüp
, goedkoop , bëterkoüp (vero.) Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
beterkoop , [goedkoper] , baeterkoup
, goedkoper, zie ook goodkouper Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn |
beterkoop , baeterkaûp , baeterkaup , bijvoeglijk naamwoord
, baeterkaupe , goedkoper (Frans: meilleur marché) zie ook bèstekaûp Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |
beterkoop , baeterkoup , bijvoeglijk naamwoord, bijwoord
, goedkoper Bron: Feijen, Jan (2013), Zoeë Kalle Vae - Weertlands woordenboek, Weerd. |
beterkoop , baeterkoup
, goedkoper Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. + |