Home

Verklaring van variatie


Vroeger werd bijna iedereen vernoemd naar familieleden (zie Stabiliteit door vernoeming). Die vernoeming had een conserverende werking op de namenvoorraad, er was weinig gelegenheid voor verandering en vernieuwing. Toch werden namen niet altijd onveranderd op de volgende generatie doorgegeven, want soms ontstond daarbij een nieuwe naam door variatie.

In de moderne naamgeving is er door het loslaten van de vernoemingsgewoonte en de wettelijke vrijheid (zie respectievelijk de pagina's De naoorlogse naamgeving en De naamwet) alle gelegenheid voor creativiteit op namengebied. Ouders kunnen een variant van een bestaande naam maken, ze kunnen namen combineren of ze kunnen zelf een naam construeren.

Bij het verklaren van variatie zijn een vijftal factoren te noemen:

  1. De behoefte van de naamgever aan onderscheid. In de moderne naamgeving speelt deze factor een belangrijke rol. Niet alleen zijn er veel nieuwe namen bijgekomen door ontlening, ook maken ouders varianten van bestaande namen. Voor het verleden kunnen we denken aan een situatie waarin twee kinderen van een Klaasje hun dochter naar haar willen vernoemen. Als een zoon van Klaasje zijn dochter Klaasje heeft genoemd, zou de volgende zoon of dochter voor Klasina kunnen kiezen om te vermijden dat de twee nichtjes beiden Klaasje heten.
  2. De behoefte aan verkorting: veel varianten zijn korter dan de grondvorm (dat is de naam van oorsprong), Kaatje uit Catherina, Jan uit Johannes, Lies uit Elisabeth, Bas uit Sebastiaan. Zie ook de pagina Verkorting.
  3. De expressie: de vorm van de naam kan een bepaalde gevoelswaarde uitdrukken, Annetje klinkt vriendelijker dan An. Deze gevoelswaarde kan verloren gaan en de vorm kan tot neutrale vorm worden. Annetje is misschien ooit ontstaan als kindervorm, maar is later een gewone naam geworden die ook vaak als officiële voornaam werd gegeven.
  4. De invloed van kindertaal: namen ondergaan verandering doordat ze door en tegen kinderen gebruikt worden. Zo ontstaat Pim uit Wim, Geesje uit Geertruida, Iete uit Grietje, Kanne uit Janke, Lilia uit Cecilia, Pabe uit Bave. Meestal is de invloed van kindertaal tijdelijk, maar soms worden de kindernamen door volwassenen overgenomen. Zo kan het gebeuren dat iemand de naamvorm uit de kindertijd behoudt. Die naam kan anderen weer inspireren bij de naamkeuze.
  5. De taalvariatie: door invloed van dialect zijn namen aan verandering onderhevig. Het gaat om klankvariatie (Dirk, Derk en Durk) en variatie in het achtervoegsel (Annetje, Anneke, Annigje, Ank, Anke, Ankje, Ankie, Ankstje, Antje, Ans, Anje, Annechien, Annie). Zie ook de pagina's Klank en Achtervoegsel.

Variatiemogelijkheden bij voornamen