Titelbeschrijving |
Onderwerp |
Mak, J.J. (1967). 'De oorsprong van het persoonlijk voornaamwoord u'. Nieuwe Taalgids 60, 31 - 32. |
pronominale verwijzing |
Makkinga, M. (1974). 'Hij en zij'. Darde Klokke 3, 6 - 7. |
pronominale verwijzing |
Maliepaard, C. (1963). Enkele gedachten over het Dordtse dialect. Doctoraalscriptie. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie |
Marle, J. van (1992). 'Iets over het werk van Jaap de Rooij'. In: J.B. Berns & J. van Marle (eds.), Variatie in de Nederlandse standaardtaal. Amsterdam: Cahiers van het P.J. Meertensinstituut 5. 3 - 21. |
pronominale verwijzing |
Mars, F.K.M. (1970). 'Syntactische Brabantismen?'. De Nieuwe Taalgids 63, 33-38. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, negatie/kwantificatie |
Mars, F.K.M. (1980). 'Willen je wil je wilt'. Taal & Tongval 32, 83-90. |
|
Marteel, J.L. (1992). Cours de flamand: het Vlaams dat men oudders klappen. Méthode dapprentissage du dialecte des Flamands de France (Westhoek). Dunkerque: Miroirs éditions. |
linkerperiferie, pronominale verwijzing, negatie/kwantificatie |
Mazereel, G. (1931). Klank - en vormleer van het Brusselsch dialect met zijn plaatselijke verscheidenheden. Leuven: Vlaamsche Drukkerij. |
|
Meer, G. van der (1972). 'Is it de muoite wurdich en lêz dit? A description of the so-called \en + imperative construction in Frisian'. Us Wurk 21-22, 151-166. |
rechterperiferie |
Meer, G. van der (1975). 'The Imperativus pro Infinitivo reconsidered'. Us Wurk 24, 19-34. |
rechterperiferie |
Meer, G. van der (1987). 'Wurdfolchoarder nei dat en de en + ymperatyfsin (inkelde dikusjebijdragen)'. Us Wurk 36, 151-166. |
rechterperiferie |
Meer, G. van der (1988). 'Reported speech and the position of the finite verb (some facts from West Frisian)'. Leuvense bijdragen 77, 301-324. |
linkerperiferie, negatie/kwantificatie |
Meer, G. van der (1989). 'The so-called Imperativus Pro Infinitivo (IPI) in West Frisian (on the interplay of syntax, semantics and morphology)'. NOWELE 13, 49-85. |
|
Meer, G. van der (1990). 'De Infinitivus pro Participio: Een nieuwe verklaring'. TABU 20-1, 29-48. |
rechterperiferie |
Meer, G. van der (1991). 'The conjugation of subclause introducers: Frisian -st'. North-Western European Language Evolution 17, 63 - 84. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie |
Meer, G. van der (1991). 'The subclause signal t in Frisian. Its origin and function'. Leuvense Bijdragen 80, 43-59. |
linkerperiferie, pronominale verwijzing |
Meersman, A. De (1985). 'Een VSO-maneuver in de Zuidnederlandse dialecten'. In: Ryckeboer, H., Taeldeman, J. en Vanacker, V.F. (eds.), Hulde-album Prof. dr. Marcel Hoebeke. Gent: R.U.G. - Seminarie voor Nederlandse taalkunde. 123-131. |
linkerperiferie |
Meersman, A. de (1986). 'Voorzetsel objecten en bijwoordelijk bepalingen'. In: M. Devos & J. Taeldeman (eds.), Vruchten van zn akker. Gent: Seminarie voor Nederlandse Talkunde en Vlaamse Dialectologie. 79-88. |
negatie/kwantificatie, rechterperiferie, linkerperiferie |
Meersman, F. de (1990). 'Bijzinsvolgorde in tweeledige ww-groepen'. Taal en Tongval themanummer 3, 152-185. |
rechterperiferie |
Meert, H. (1941). Onkruid onder het tarwe. Turnhout |
|
Meertens, P.J. & Kaiser, L. (1942). Het eiland Urk. Alphen a/d Rijn: Samson. |
pronominale verwijzing, rechterperiferie |
Meeussen, E. (1943). 'Vier isotagmen'. Leuvense Bijdragen 35, 47-55. |
linkerperiferie, rechterperiferie |
Meeuwsen, A.E. & Vanacker, V.F. (1951). 'De dubbele werkwoordgroep'. De Nieuwe Taalgids 44, 36-50. |
rechterperiferie |
Menheere, A.J.P. (1988). Nederlands als opvoedingstaal bij Zeeuwstalige ouders : verslag van een onderzoek naar taalgedrag van vierjarige kinderen in de gemeente Borsele . Doctoraalscriptie. Ongepubliceerd. |
|
Mertens, A.M. (1885). 'Spraakleer van het Limburgs dialect'. Onze Volkstaal 2, 242 - 265. |
pronominale verwijzing, rechterperiferie, linkerperiferie |
Meulen, P. van der (1937). 'Iets over woordschikking in het Stadsfriesch'. Onze taaltuin 5, 337-341. |
rechterperiferie |
Michels, L. C. (1952). 'Heengaan als hulpwerkwoord van aspect'. De nieuwe taalgids 45, 113-114. |
negatie/kwantificatie |
Michels, L.C. (1959). 'Op de grens van copula en hulpwerkwoord'. Taal en Tongval 11, 206-212. |
|
Michels, L.C. (1962). Trekken van taalgebruik. s-Hertogenbosch: Malmberg. |
|
Miedema, H.T.J. (1957). 'It bynwurd en mei in imperatyf of ynfinityf'. De Pompebledden 28, 232-235. |
rechterperiferie |
Miedema, H.T.J. (1970). 'Merkwaardige verschuivingen bij het gebruik van de persoonlijke voornaamwoorden jo en dou in de zuidwesthoek van Friesland'. Taal & Tongval 22, 183 - 191. |
pronominale verwijzing |
Miedema, H.T.J. (1980). 'De term westfries en de terminologie van skreppe (zich inspannen)'. Taal & Tongval 32, 130 - 136. |
pronominale verwijzing |
Miedema, H.T.J. & Steenmeijer-Wielenga, T.J. (1972). Dialecten van de Friese west- en zuidkust. Het veldwerk van Prof. dr. K. Fokkema. Leeuwarden: Fryske Akademy. |
pronominale verwijzing |
Minnaert, N. (1998). Een onderzoek naar de regionale spreiding van de volgorde en doorbreking van de werkwoordelijke eindgroep in de Zuid-Nederlandse dialecten. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
rechterperiferie |
Moens, R. (1967). Enkele aspecten van de syntaxis van het dialect van St.-Gillis-bij-Dendermonde. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, rechterperiferie, negatie/kwantificatie |
Moerdijk, A. (s.d.). Het dialect van Zuiddorpe. Licentiaatsverhandeling KUL. Ongepubliceerd. |
|
Moerman, J. (1982). Dialectsprekende kinderen en het language-bound/stimulus-bound effect. Een verkennend onderzoek in Kampen en omgeving.. Doctoraalscriptie Nijmegen. Ongepubliceerd. |
rechterperiferie, linkerperiferie, pronominale verwijzing |
Moermans, L. (1956). Proeve van een syntaxis van het Sint-Truidens dialect. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, rechterperiferie, negatie/kwantificatie |
Molen, U. van der (1981). De dialecten van de gemeente Hoegaarden en haar gehuchten en deelgemeenten. Hoegaarden: Gemeentebestuur Hoegaarden. |
pronominale verwijzing, negatie/kwantificatie |
Monsieur, A.-M. (1969). Syntactische kenmerken van het dialect van Baardegem. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, rechterperiferie, negatie/kwantificatie |
Morciniec, N. (1968). Distinktive Spracheinheiten im Niederländischen und Deutschen. Wroclaw |
|
Morsik, G. (1982). De taaie levenskracht van het sterke werkwoord in een Nedersaksisch dialect, een beschrijving van deze werkwoorden in de Rijssense variant van het Twents. Doctoraalscriptie universiteit van Nijmegen. Ongepubliceerd. |
rechterperiferie |
Mostmans, P. (1977). Syntaktische kenmerken van het dialekt van Beerse. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, rechterperiferie, negatie/kwantificatie |
Mourits, A. (1967). 'Enkele voegwoorden'. Onze Taal 36, 73-75. |
rechterperiferie, linkerperiferie |
Mulder, M. (1994). 'De stimulerende kracht van voegwoorden in een therapeutische situatie'. In: R. Boogaart & J. Noordegraaf (eds.), Nauwe betrekkingen: voor Theo Janssen bij zijn vijftigste verjaardag. Amsterdam....173-182. |
linkerperiferie |
Mulder, M. De (1972). Syntaktische kenmerken van het Ninoofs dialekt. licentiaatsverhandeling RUGent. Ongepubliceerd. |
pronominale verwijzing, linkerperiferie, rechterperiferie, negatie/kwantificatie |
Muller, J.W. (1926). 'Bijdragen tot de geschiedenis onzer Nieuwnederlandsche aanspreekvormen'. Nieuwe Taalgids 20, 81 - 104, 113 - 128, 161 - 176. |
pronominale verwijzing |
Muller, J.W. (1926). 'De herkomst van je en jij'. Tijdschrift voor Nederlandse taal- en letterkunde 45, 81 - 110. |
pronominale verwijzing |
Münstermann, H. (1992). 'Het Maastrichts een stadsdialect?'. In: Goossens J., Hagen A. en Hout R. van (eds.), Stadsdialecten. Gent: De Schutter. 96-113. |
|
Muyldermans, J. (1893). Verzameling der meest voorkomende moeilijkheden, gallicismen en germanismen in onze taal. Mechelen |
|