Voornaam
populariteitslijsten
english
-land-
populariteit
verspreiding
-land-
Germaanse naamstam met de betekenis `land'; Got. land; Oudhoogduits, Middelhoogduits en Middelnederlands lant; Oudsaksisch land; Oudfries land, lond; Angelsaksisch land, lond; Oudnoors land. Uit het Germ. ontleend: Fins lande. De oorspr. betekenis is ongeveer `onbebouwde grond', in persoonsnamen een teken van bezit en macht. Verwant buiten het Germ.: Oudiers land, lann `vrije plaats, hof', uit *landhâ, Welsh llann, Bretons lann (hieruit Fra. lande `vlakte' enz.); Oudslav. ledina, Bulg. lédiná `bergweide', Russ. ljadina `lage natte grond' e.d. Aangezien land onzijdig was, kon het niet als tweede lid optreden (m. namen hadden als tweede lid altijd een m. woord, vr. een vr.). Daarom is -land als tweede lid van persoonsnamen vaak uit -nand ontstaan (zie -nand). Deze overgang vond al vroeg plaats, waarschijnlijk al in de 7e à 8e eeuw.
Naar het overzicht van de naamstammen