Thema Externe aspecten van taal en cultuur

Dit onderzoeksthema bestudeert de manier waarop maatschappelijke veranderingen gepaard gaan met veranderingen in taal en cultuur.

Binnen het onderzoeksproject Lokale identiteiten en culturele praktijken (Leonie Cornips, Irene Stengs) werd de internationale NIAS themagroep The construction of local identities through language practices afgesloten (coördinatie Leonie Cornips, Vincent de Rooij, UvA).

Jolien Clijsen is vanaf 1 september begonnen als AiO ( Meertens Instituut/Universiteit van Maastricht) in het kader van het FP7 project Advancing the European Multilingual Experience op het onderzoek Language choice in nursing homes.

Projecten

  • Nederlab, een laboratorium voor onderzoek naar veranderingspatronen in de Nederlandse taal en cultuur

Binnen Nederlab wordt een grootschalig onderzoekscorpus ontwikkeld voor geesteswetenschappelijk onderzoek. Via Nederlab kunnen onderzoekers en studenten alle gedigitaliseerde Nederlandstalige teksten van ca. 800 tot heden gezamenlijk doorzoeken en analyseren met binnen Nederlab ontwikkelde, gebruiksvriendelijke tekstanalysesoftware. Zo biedt Nederlab een laboratorium voor onderzoek naar de veranderingspatronen in de Nederlandse taal en cultuur. Nederlab is bedoeld voor alle geesteswetenschappers – historici, taalkundigen en letterkundigen – die zich (ook) met het verleden bezighouden. Onderzoekers kunnen een eigen corpus samenstellen en dat analyseren. Op basis daarvan kunnen zij antwoorden zoeken op vragen als: wanneer is er voor het eerst geschreven over vrouwenkiesrecht? In welke periode vond het aantal publicaties hierover zijn hoogtepunt? Was dat vlak voordat vrouwenkiesrecht werd ingevoerd (1919), of juist veel eerder? Ook kunnen ze onderzoekscorpora met elkaar vergelijken en vragen onderzoeken als: in welke taalkundige en letterkundige opzichten onderscheiden literaire teksten zich van nonfictieteksten of van egodocumenten als dagboeken of persoonlijke brieven? Sinds wanneer bestaan deze verschillen tussen de verschillende tekstgenres? Zie http://www.nederlab.nl. Project in samenwerking met het Huygens ING, Instituut voor Nederlandse Lexicologie, Universiteit van Amsterdam , Rijksuniversiteit Groningen, Radboud Universiteit, Universiteit Utrecht, Universiteit van Tilburg, Universiteit Twente, Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren/Koninklijke Bibliotheek en de Fryske Akademy.

Resultaten in 2014: Er is gewerkt aan een betaversie van het NWO-groot project Nederlab, gecoördineerd door Nicoline van der Sijs, te lanceren op 13 maart 2015. De projectmedewerkers hebben zes publicaties over Nederlab verzorgd, twee posters, twee interne rapporten en twaalf presentaties. Aan de redactietrack hebben zes stagiairs/vrijwilligers meegewerkt. Op 11 februari 2014 heeft Nicoline van der Sijs Nederlab gepresenteerd bij de sitevisit van CLARIAH. Op 23 oktober is een workshop georganiseerd voor Swedish Språkbanken, op 17 november voor de adviesraden van Nederlab. De stuurgroep kwam veelvuldig bijeen; op 10 juni was een bestuursvergadering. Een subsidieaanvraag bij CLARIAH seedmoney: ‘Wie schreven er in De Gids en hoe vernieuwend is hun taalgebruik?’ is gehonoreerd. Nederlab is als partner betrokken bij verschillende subsidieaanvragen. In samenwerking met VU (Inger Leemans) en eScience Center (Janneke van der Zwaan) is een gesloten wetenschappelijke call gestart getitled ‘Embodied Emotions’.

Medewerkers: Nicoline van der Sijs (lid bestuur, projectleider), Sjef Barbiers (onderzoeker), Hans Bennis (onderzoeker), Antal van den Bosch (Radboud Universiteit), Gosse Bouma (Rijksuniversiteit Groningen), Matthijs Brouwer (ontwikkelaar), Hennie Brugman (ict-ontwikkelaar), Ineke Brussee (redacteur), Katrien Depuydt (INL), Ronald Haentjes Dekker (Huygens ING), Lex Heerma van Voss (Huygens ING), Marc Kemps-Snijders (hoofd technische ontwikkeling), James Kennedy (UvA), Cees Klapwijk (DBNL), Dieuwertje Kooij (redacteur), Jan Pieter Kunst (ontwikkelaar), Martin Reynaert (RUN/UvT/MI), René van Stipriaan (stuurgroep), Erik Tjong Kim Sang (postdoc), Rob Zeeman (ontwikkelaar).

  • Tools Adaptation

De postdoc in het project Nederlab heeft als taak integratie van bestaande algemene NLP-software ten behoeve van de taalkundige analyse van teksten die in Nederlab worden verzameld. Daarnaast onderzoekt de postdoc of en hoe de taalsoftware kan worden aangepast aan de specifieke eisen van de Nederlabteksten, bijvoorbeeld voor de correcte verwerking van Nederlands van voor 1900.

Resultaten in 2014: Erik Tjong Kim Sang heeft in samenwerking met Nicoline van der Sijs methodes onderzocht voor het automatisch vinden van syntactische verschillen tussen Surinaams-Nederlands en het standaard Nederlands. Dit heeft geleid tot een rapport en een artikel.

Daarnaast heeft hij in samenwerking met René van Stipriaan gewerkt aan visualisatie van de metadata van de tekstcollecties van het project Nederlab. Dit heeft geresulteerd in een module van het onderzoeksportaal van de website van Nederlab waarmee op eenvoudige manier een inzicht kan worden verkregen in diverse eigenschappen van auteurs die betrokken zijn bij werken vermeld in zoekresultaten. Tenslotte heeft Erik samengewerkt met het project Embodied Emotions (Janneke van der Zwaan en Erica Kuijpers). Op basis van de wensen van dit project zijn de structuur en metadata van de documenten in Nederlab aangepast. Deze samenwerking was een nuttige case voor ons Nederlabproject.

Medewerker: Erik Tjong Kim Sang (postdoc).

  • Diachrone corpora

Coördinerende en inhoudelijke werkzaamheden om diachrone corpora voor onderzoek samen te stellen en te ontsluiten. Project in samenwerking met: Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal, Universiteit Oldenburg, DBNL, NBG, INL, RUN.

Resultaten in 2014: Nicoline van der Sijs heeft samen met Hans Beelen en de Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal 17 digitale uitgaven verzorgd, die zijn gepubliceerd bij DBNL en gedeponeerd bij DANS. Op diachronie.nl is de Doesburgse brievencollectie 1777-1821 van Renaat Gaspar toegevoegd.

Medewerkers: Hans Beelen (universiteit Oldenburg), Piet van Reenen (onderzoeker), Nicoline van der Sijs (onderzoeker).

  • Elektronisch Woordenboek van de Nederlandse Dialecten

Het aan elkaar koppelen van digitale dialectwoordenboeken, met als doel de ontwikkeling van een dialectlemmatiseerder en een computationeel dialectlexicon voor het zoeken binnen dialectteksten. Project in samenwerking met: Dialectologie Gent, Un Tilburg (Jos Swanenberg), Fryske Akademie.

Resultaten in 2014: Met geld van Time Capsule is er een applicatie voor koppeling ontworpen, die door Rob Zeeman op maat is gemaakt. Vrijwilligers hebben 47 dialectwoordenboeken gedigitaliseerd. Tien stagiairs (Kathelijne Steinhauzer, Alma Korteweg, Aimée Talen, Aimé van Reydt, Henriëtte Abbema, Aukje Borkent, Renée de Jager, Jorik van Engeland, Stefan Norbruis en onderzoeksassistent Tim Geval) hebben, met medewerking van Jos Swanenberg (voor het Brabants) en Ton van den Wijngaard/Silvia Weusten (voor het Limburgs) bij de helft daarvan vernederlandsingen toegevoegd, en de trefwoorden uit de woordenboeken via de applicatie aan elkaar gekoppeld.

Medewerkers: Nicoline van der Sijs (projectleider), Leonie Cornips (onderzoeker), Joep Kruijsen (onderzoeker), Jos Swanenberg (Uninversiteit van Tilburg), Rob Zeeman (ontwikkelaar).

  • Exploratory Political Search (ExPoSe) van Jaap Kamps en Maarten Marx, toegekend bij NWO CLICK 2012

In het EXPOSE project wordt de gedigitaliseerde Nederlandse parlementaire geschiedenis gereed gemaakt voor een nieuwe manier van (onder)zoeken: verkennend zoeken. Dit kan door allerlei bronnen aan elkaar te koppelen op basis van de ankerpunten in een tekst (tijd, plaats, de spelers, de onderwerpen). De ontstane zoekomgeving verbindt onze parlementaire geschiedenis met het heden, en is dus bruikbaar voor zowel historisch als journalistiek onderzoek. Project in samenwerking met de UvA.

Resultaten in 2014: In 2014 zijn er nog geen concrete werkzaamheden verricht.

Medewerkers: Nicoline van der Sijs (lid consortium).

  • Time Capsule van Toine Pieters en Tigran Spaan, toegekend bij NWO CLICK 2012

Time Capsule heeft als doel alle beschikbare gestructureerde en ongestructureerde databases op het gebied van medicinale planten aan elkaar koppelen. Er zijn een aantal van die datasets in Nederland, bijvoorbeeld bij Naturalis de Thesaurus for the history of pharmacy, PLAND bij het Meertens Instituut en de Erfgoedthesaurus bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Voor de deelnemende partijen is het interessant om te zien wat de beste manier is om al die verschillende datasets met elkaar te verbinden, zonder ze op één grote hoop te gooien. De datasets blijven namelijk bij de instituten en houden hun eigenheid. Project in samenwerking met: Universiteit Utrecht, GridLine Amsterdam.

Resultaten in 2014: Diverse malen bijeen gekomen voor overleg; 14 edities van vroegmoderne geneeskundige werken geleverd.

Medewerkers: Nicoline van der Sijs (expert en adviseur).

  • Online Personal Exploration and Navigation of SoNaR (Extended version)- Open SoNaR

Het OpenSoNaR project zal eindgebruikers online toegang geven tot het SoNaR-500 referentiecorpus van modern geschreven Nederlands, zowel tot de data als de metadata. Project in samenwerking met de Universiteit van Tilburg, Instituut voor Nederlandse Lexicologie en Huygens ING.

Resultaten in 2014: Gebruikersrapport geschreven.

Medewerkers: Nicoline van der Sijs (gebruiker, lid projectteam).

  • Lokale identiteiten

Dit onderzoek richt zich op ‘taalcultuur’, een concept dat uitdrukking geeft aan de verwevenheid van cultuur en taal in het uitdragen van lokale identiteit. Dit betekent dat talige elementen (taalkeuze, woordgebruik, grammatica) een inherent onderdeel zijn van culturele praktijken die specifiek met het lokale verbonden worden (feesten, gerechten, sporten etcetera). Door te onderzoeken hoe culturele en talige praktijken elkaar versterken in het vormen van lokale identiteiten, welke keuzes daarbij worden gemaakt, en wie, waar, wanneer en waarom deze middelen inzetten, proberen de onderzoekers zicht te krijgen op de machtsrelaties binnen en tussen economische, politieke en culturele centra en periferieën. Als casus is gekozen voor taalcultuur in Limburg. Door middel van veldwerk wordt bestudeerd hoe inwoners en buitenstaanders Limburgse eigenheid en diverse lokale identiteiten binnen de provincie beleven en vormgeven. Project in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam (Vincent de Rooij) en Maastricht University (Lotte Thissen).

Resultaten in 2014: De internationale NIAS themagroep The construction of local identities through language practices werd afgesloten (coördinatie Cornips, de Rooij, UvA). Leonie Cornips schreef om de week een column in De Limburger/ Limburgs Dagblad. Verder verschenen er drie wetenschappelijke artikelen en drie wetenschappelijke hoofdstukken. Leonie Cornips organiseerde de First Conference of the Sociolinguists Circle in Groningen, een Horizon 2020 bijeenkomst en het Sociolinguistics Symposium 20 in Jyväskylä, Finland. Er werden drie lezingen gehouden.

Medewerkers: Leonie Cornips (onderzoeker) en Irene Stengs (onderzoeker).

  • Language practices in a nursing home. An ethnography on how people construct senses of belonging through language practices

Jolien Clijsen is vanaf 1 september begonnen als AiO ( Meertens Instituut/Universiteit van Maastricht) in het kader van het FP7 project Advancing the European Multilingual Experience op het onderzoek Language choice in nursing homes. Het construeren van belonging wordt door veel oudere mensen in een verzorgingstehuis als moeilijk ervaren. Verschillende aspecten maken de constructie van belonging in een verzorgingstehuis moeilijk. Zo moeten oudere mensen hun huis en meubels achterlaten, worden oudere mensen geconfronteerd met representaties en zicht op veroudering en ouderen en moeten oudere mensen in een verzorgingstehuis hun beloning relateren aan de sociale structuur van het verzorgingstehuis. Dit onderzoek kijkt naar hoe belonging geconstrueerd wordt door talige praktijken in een verzorgingstehuis in Maastricht. Hier zijn de meeste bewoners tweetalig, waarbij voornamelijk het Limburgs dialect en Nederlands gesproken wordt. Om te kijken hoe bewoners van een verzorgingstehuis belonging construeren door talige praktijken wordt er gebruik gemaakt van een theoretisch framework dat zich met name richt op belonging, languaging en aging.

Resultaten in 2014: Het project is in september van start gegaan.

Medewerker: Jolien Clijsen (promovenda).

  • Cognitieve ontwikkeling van tweetalige dialectsprekende kinderen in Limburg (2014-…)

Hebben Nederlands-Limburgse tweetalige kinderen een cognitief voordeel van hun meertaligheid? Die vraag wordt beantwoord in dit project van de Universiteit Maastricht en het Meertens Instituut. Het onderzoek maakt deel uit van het VIDI-onderzoek Cognitive Development in Emerging Bilingualism (CoDEmBi) van Elma Blom van de Universiteit Utrecht. In dit project sluiten we aan met dialectsprekende kinderen uit Limburg. Tot nu toe is nog weinig verwervings- en cognitieonderzoek gedaan naar tweetalige dialectsprekende kinderen. Het onderzoek wordt uitgevoerd door Kirsten van den Heuij van de Universiteit Maastricht, onder leiding van Leonie Cornips. Voor het onderzoek wordt onder andere de taalvaardigheid van honderdvijfentwintig kinderen uit Limburg tussen de 5 en 8 jaar vergeleken. Aan de hand van diverse (taal)tests wordt gekeken of er een verschil is in taalvaardigheid, concentratie en geheugen tussen beide groepen. Zo wordt vergelijking mogelijk met de Turks-, Marokkaans- en Fries/Nederlandssprekende kinderen. De subsidiegevers voor het Maastrichtse/Meertens onderzoeksproject zijn: SWOL (UM), Taal&Letteren (UM), Taalcultuur in Limburg (UM), VIDI-grant Elma Blom (UU), Theoretische Taalwetenschap (UvA), Meertens Instituut en Road veur ‘t Limburgs. Project in samenwerking met: Universiteit Maastricht, Universiteit Utrecht.

Resultaten in 2014: Het project is in 2014 van start gegaan.

Medewerker: Kirsten van der Heuij (uitvoerder).

  • Sociolinguïstisch/Syntactisch onderzoek: Limburg

Onderzoek gericht op syntactische variatie en verandering in de Limburgse dialecten en het Limburgse Nederlands; parameters en sociale distributie.

Resultaten in 2014: Twee hoofdstukken in een boek.

Medewerkers: Leonie Cornips (onderzoeker).

  • Jongerentaal en straattaal

Doel van het project is om straattaal zowel taalkundig als antropologisch in kaart te brengen, op basis van onderzoek naar de taalkundige diversiteit van jongeren met een verschillende etnische achtergrond in de grote steden in Nederland. Project in samenwerking met de UvA.

Resultaten in 2014: Hoofdstuk in boek.

Medewerkers: Leonie Cornips (onderzoeker), Vincent Rooij (onderzoeker, Universiteit van Amsterdam).