elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: veldmuis 

veldmuis  , veldmoes , veldmuis.
Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo.
veldmuis , veljtmoes , vrouwelijk , veljtmuus , veljtmuske , veldmuis, Microtus arvalis.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
veldmuis , veldmoes , veldmusie , veldmuis.
Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte
veldmuis , veldmoes , 0 , 1. veldmuis Onder de törven zaten veul veldmoezen (Erf), Een veldmoes hef een stompe snoet (Wee) 2. scheldnaam Veldmoezen woonden vrouger in Weiteveen (Nsch), ...an de Tienelsweg (Zui), z. ook veldrotte, veldker
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
veldmuis , véldmûis , veldmuizen , De véldmûis die maoke 'n hölleke in de grond, die wulle nie nat worre és't rèègent. De veldmuizen maken 'n holletje in de grond, die willen niet nat worden als 't regent.
Bron: Hendriks, W. (2005), Nittersels Wóórdenbuukske. Dialect van de Acht Zaligheden, Almere
veldmuis , veldmoes , zelfstandig naamwoord , de; veldmuis
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
veldmuis , veldmoes , zelfstandig naamwoord , veldmuis.
Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie
veldmuis , [veldmuis] , veldjmoes , vrouwelijk , veldmuis
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal