elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: zwijmel

zwijmel , [duizeling] , zwîmel , mannelijk , duizeling.
Bron: Gallée, J.H. (1895). Woordenboek van het Geldersch-Overijselsch Dialect. Deventer: H.P. Ter Braak
zwijmel , zwiemel , zwiemel, ziekte bij katten, gekenmerkt door wankelen en vallen (W.-Veluwe).
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal