Woord: suikerwortel
|
suikerwortel , suikerwortele , zelfstandig naamwoord, meervoud
, Suikerbieten. Bron: Pannekeet, J. (1984), Westfries Woordenboek, Wormerveer |
|
suikerwortel , sukewottel , sukerwottel
, suikerbiet of voederbiet. Bron: Bos-Vlaskamp, G. e.a. (1994), Olster woorden, Olst. |
|
suikerwortel , sukerwottel
, voederbiet. Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte |
|
suikerwortel , sukerwöttel
, suikerwortel Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen |
|
suikerwortel , sukerwortel
, suikerbiet. Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |