elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: spekkist

spekkist , spekkist , spekkiste , (ouderwets), grote kist waarin gezouten zijden spek en hammen werden bewaard
Bron: Steenhuis, F.H. (1978), Stoere en Olderwetse Grunneger Woorden, Wildervank: Dekker & Huisman
spekkist , spekkist , 0 , kist om spek in op te bergen De spekkist stun zo dat er gien kat of hond bij kun (Sle)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
spekkist , spekkiste , zelfstandig naamwoord , de; kist waarin spek werd bewaard
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
spekkist , spekkist , spekkiste , kist om spek, worst e.d in te bewaren.
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal