Woord: solveren
solveren , solveiere
, solveierde, haet of is gesolveiert , solveren. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
solveren , solveren
, beloven, verzekeren (O.-Veluwe). Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |