Woord: propeller
propeller , propeller , 0
, propellers , 1. propeller Een propeller hej an de vleigmesiene (Bco) 2. vlinderstrik (Zuidoost-Drents zandgebied), z. ook potverdommegien Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
propeller , prepeller , zelfstandig naamwoord
, de; propeller Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
propeller , propellertje
, vlinderstrik. Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |