elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: onderhout

onderhout , óngerhout , onzijdig , kreupelhout.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
onderhout , underholt , 0 , laag houtgewas In het underholt zat nogal wat wild (Bei)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
onderhout , onholt , ongewenste groei onder vruchtbomen (O.-Veluwe).
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal