Woord: modderpoot
modderpoot , modderpote , zelfstandig naamwoord
, de; bemodderde poot van een dier, ook: bemodderde voet, been van een mens Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
modderpoot , modderpoot , zelfstandig naamwoord
, kleinkruiskruid (senecio vulgaris) (plant). Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
modderpoot , modderpoot
, klein kruiskruid (senecio vulgaris). Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |