elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: klaptafel

klaptafel , [tafel waarbij een gedeelte kan worden neergeslagen] , klaptafel , soort van uittrektafel.
Bron: Molema, H. (1889), Proeve van een woordenboek der Drentsche volkstaal in de 19e eeuw, handschrift
klaptafel , klaptaofel , 0 , (Zuidwest-Drenthe, zuid, Zuidoost-Drents zandgebied, Midden-Drenthe) = klaptafel
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
klaptafel , klaptaofel , (Gunninks woordenlijst van 1908) klaptafel
Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen
klaptafel , klaptaofel , zelfstandig naamwoord , klaptafel.
Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie
klaptafel , klaptafel , klaptaofel , tafel die na gebruik weggeklapt en terzijde gezet kan worden, vroeger algemeen in het boerenhuis.
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal