elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: huispiet

huispiet , [kanarie] , huzepiet , 1. kanarie; 2. huismus.
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal