elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: dakhaas

dakhaas , dakhoas , [zelfstandig naamwoord] , schertsend: de kat. || dakgeut
Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen
dakhaas , daakhaas , mannelijk , daakhaaze , daakhaeske , kat.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
dakhaas , [kat] , dakhäze , kat.
Bron: Bos-Vlaskamp, G. e.a. (1994), Olster woorden, Olst.
dakhaas , dakhaze , 0 , spotnaam voor een kat, z. ook balkenhaze, beunhaze
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
dakhaas , dakhaeze , zelfstandig naamwoord , de; dakhaas: schertsende benaming voor een kat
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
dakhaas , dakhaze , kat.
Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere.
dakhaas , daakhaas , mannelijk , dakhaas, bijnaam voor kat; ook scheldwoord
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
dakhaas , daakhaas , zelfstandig naamwoord, mannelijk , daakhaze , daakhaeske , kater
Bron: Feijen, Jan (2013), Zoeë Kalle Vae - Weertlands woordenboek, Weerd.
dakhaas , dakhaos , zelfstandig naamwoord , dakhaas; schertsbenaming voor een kat; WBD III,2,1 – lemma KAT - dakhaas: zeldzaam in Tilburg en Kempenland; ook in Hoogerheide, Roosendaal, Breda, Gilze en Oss. WTT 2013 – In Tilburg werd ‘dakhaas’ ook – meestal schertsend – gebruikt om aan te geven dat het verschil tussen een gevild konijn en een gevilde kat nauwelijks waar te nemen is. Ook de smaak – zegt men – is dezelfde. Vooral rond de feestdagen in december moest er gewaakt worden tegen malafide handelaren / stropers / kattenmeppers die dakhazen verkochten als zijnde konijnen. Men zegt dat dat de reden is waarom poeliers de ‘sokken’ van het konijn niet verwijderen; alleen daarmee is het verschil met een kat aantoonbaar. Cees Robben: Schoon hij [de kater Kaerel] slechts vulgair gemept wier../ In het West-End... zijn domein.../ Lag hij later... kloek en nobel/ op de feestdis... as kenijn... (19560107) ; De Bont Dialect van Kempenland IV – Bestiarium - Onder kat hebben we aangegeven dat met balkhaas een kat bedoeld wordt. Men kan dit woord vergelijken met beunhaas, dat oorspronkelijk 'zolderhaas' dan wel 'kat' betekent: Franck —van Wijck s.v. beunhaas. (2005); Cor Hoppenbrouwers - Taal van Kempenland - ballekhaos m. Liejp daor gínnen haos? Jàà, mär 't was n'n ballekhaos. De 'kat', die elders wel eens 'dakhaas' wordt genoemd, heet hier n'n ballekhaos.
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal