Woord: besuikerd
besuikerd , besukerd , bijvoeglijk naamwoord
, (Zuidwest-Drenthe, zuid, Zuidoost-Drents zandgebied, Midden-Drenthe) = bedonderd Binj nou hielmaol besukerd! (Hoh) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
besuikerd , besukerd , bijvoeglijk naamwoord
, bedonderd. Uitdr.: Bi-j now elemaole besukerd! ‘ben je nu helemaal mal!’ Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
besuikerd , sukerd
, besuikerd. Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |