Woord: bakkei
bakkei , bakkeie
, baksteen. Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte |
bakkei , [baksteen] , bakkeie , zelfstandig naamwoord
, baksteen. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
bakkei , bakkei , bakkeie
, baksteen (O.-Veluwe). Bron: Scholtmeijer, H. (2011), Veluws handwoordenboek, Almere. |
bakkei , bakkèèj , bakskei , zelfstandig naamwoord
, grote straatsteen (Helmond en Peelland); bakskei; baksteen (Land van Cuijk) Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren |