elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: zeikstreen

zeikstreen , zéjkstreen , opschepperige vrouw.
Bron: Crompvoets, H. en J. van Schijndel (1991), Mééls Woordeboe:k. Meijel: Medelo.
zeikstreen , [verwaande vrouw] , zeikstreen , vrouwelijk , 1. vrouw die altijd wat op te merken heeft 2. verwaande vrouw
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
zeikstreen , zeikstraen , zeurpiet
Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. +


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal