elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: verbruik

verbruik  , verbroek , verbruik.
Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo.
verbruik , verbruuk , zelfstandig naamwoord , et; verbruik, de hoeveelheid die men verbruikt
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
verbruik , [verbruik] , verbroek , onzijdig , verbruik
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
verbruik , verbrk , verbroek , verbruik
Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel.
verbruik , verbroe~k , verbruik
Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. +


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal