elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: roze

roze  , raos , rose (kleur).
Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo.
roze , rooze , zelfstandig naamwoord, vrouwelijk , lichte koorts
Bron: Schönfeld Wichers, K.D. (1959), Woordenboek van het Rijssens dialect, herdruk 1996, z.pl.
roze , raos , roze.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
roze , roze , roze (kleur, nu andere uitspraak).
Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte
roze , roze , bijvoeglijk naamwoord , roze van kleur, rozerood
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
roze , roze , zelfstandig naamwoord , et; de kleur roze
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
roze , raos , bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord onzijdig , rose
Bron: Feijen, Jan (2013), Zoeë Kalle Vae - Weertlands woordenboek, Weerd.
roze , raoze , raas, raaze , bijvoeglijk naamwoord , de kleur roze; De vlinderstrèùk, meej raoze bloeme, bloejt. (Henriëtte Vunderink, Zoomer, uit: Tis de moejte wèrd; 2011); raas, raaze - Dirk Boutkan (1996) - 'ra:s' - roze (blz. 3)
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant
roze , raos , roze
Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. +


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal