Woord: roodborst
roodborst , roodbòrstjen , roodbòstjen , onzijdig
, luscine rubicula. Bron: Gallée, J.H. (1895). Woordenboek van het Geldersch-Overijselsch Dialect. Deventer: H.P. Ter Braak |
roodborst , roeëdbörsje
, roodborstje. Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo. |
roodborst , roodbiöstien , onzijdig
, roodborstje Bron: Jonker, L. & H.G. van Grol (z.j., ca 1940), Woordenboek dialect van Vriezenveen |
roodborst , robòrstje , zelfstandig naamwoord onzijdig
, roodbòrstje. Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
roodborst , roodbòrstje , zelfstandig naamwoord onzijdig
, 1 ‘t zangvogeltje.; 2 ‘t mannetje van ‘t stekelbaarsje.; 3 inwoner van Obergum. Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
roodborst , rootbusjke , onzijdig
, rootbusjkes , roodborst, Erithacus rubecula. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
roodborst , roodbössien
, roodborstje Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen |
roodborst , roodbossien , zelfstandig naamwoord
, et 1. bep. vogeltje: roodborstje 2. iemand met rood haar Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
roodborst , roedbuüske , zelfstandig naamwoord, onzijdig
, roedbuüskes , - , roodborstje , VB: E roedbuüske ês 'n hèimelik vuügelke. Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
roodborst , roodbörsien , zelfstandig naamwoord
, roodborstje. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
roodborst , rwoojbosje
, roodborstje Bron: Melis, A. van (2011) Bikse Praot. Prinsenbeeks Dialectwoordenboek. Prinsenbeek: Heemkundekring ‘Op de Beek’ |
roodborst , roeëdbörsje
, roodborstje Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. + |