Woord: rodig
rodig , roisig , ródsig
, roodachtig; ródsig (uitspraak van de o als in klok) Bron: Kerkhoff, Chris (1970 ev), Dialectwoordenlijst van het Land van Cuijk, Cuijk |
rodig , rôojeg , bijvoeglijk naamwoord
, Henk van Rijen - roodachtig Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant |
rodig , roeëdsig
, roodachtig Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. + |