Woord: opnieuw
opnieuw , oppennieuw
, opnieuw, nog eenmaal. Bron: Panken, P.N. (1850) Kempensch taaleigen, Idioticon I, A-Z, Idioticon II, H-Z, red. Johan Biemans, 2010, Bergeijk. |
opnieuw , op nie
, opnieuw. Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo. |
opnieuw , veur nijs , [bijwoord]
, ook: vernijs (Hogeland, Oldambt, Westerwolde) =opnieuw. || van nais; van nijs Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
opnieuw , òppernéjt
, opnieuw [Ove] Bron: Kerkhoff, Chris (1970 ev), Dialectwoordenlijst van het Land van Cuijk, Cuijk |
opnieuw , oppernuuts , obbenuuts
, opnieuw, zie: opnuu.; opnuu opnieuw, zie ook: obbenuuts.; obbenuuts opnieuw; In “obbenuuts” hoort men duidelijk een b; deze wordt dan ook gesproken en geschreven, in “opnuuts” daarentegen is de p duidelijk hoorbaar en wordt dan Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
opnieuw , oaverniejs
, opnieuw. Bron: Bos-Vlaskamp, G. e.a. (1994), Olster woorden, Olst. |
opnieuw , opniej
, opnieuw. Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte |
opnieuw , opnei , opneis , bijwoord
, Ook opneis (Midden-Drenthe) = 1. opnieuw, andermaal De ritten van de melkboeren weurden elk jaor opnei oetbesteed (Bei) 2. van voren af aan Nao de braand muzzen ze hielmaol opnei begunnen (Zwin), z. ook overnei, vanneis Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
opnieuw , opnéit
, opnieuw. Jèntje moes van de mèster z’n sommen opnéit maken, Jantje moest van de onderwijzer zijn sommen opnieuw maken. Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden. |
opnieuw , oppernuuw(d) , bijwoord
, opnieuw, * Anoniem Etten, West Noord-Brabants Idioticon A – Z, ± 1929. Bron: Verschuren, Frans (2000), Tètte-leurs Woordeboek. Zèège n'èn Schrijve meej plotjes, Etten-Leur. |
opnieuw , opni’j , opni’jens , bijwoord
, opnieuw Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte. |
opnieuw , oppenieuw , bijwoord
, opnieuw Laemet oppenieuw perbeere Laten we het nog eens proberen Bron: Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard (2006), Hoekschewaards woordenboek, Klaaswaal. |
opnieuw , obbenoûts , opnoûw, obbenoûw, opnoûts , bijwoord
, opnieuw , obbenoûts VB: V'r begênne nog 'ns obbenoûts en dizze kier wie 't zich huurt; opnoûw; obbenoûw; opnoûts Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt |
opnieuw , ôpnèìjd
, opnieuw Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk. |
opnieuw , opnèèt , oppernèèjd
, opnieuw Bron: Peels-Mollen, J. met werkgroep Weerderheem in Valkenswaard (Ed.) (2007), M’n Moederstaol. Zôô gezeed, zôô geschreeve. Almere/Enschede: Van de Berg. |
opnieuw , opni’j , bijwoord
, opnieuw. Zie ook: aoverni’j. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
opnieuw , overnuw
, opnieuw , d’as nie goed, overnuw = dat is niet goed, opnieuw- Bron: Melis, A. van (2011) Bikse Praot. Prinsenbeeks Dialectwoordenboek. Prinsenbeek: Heemkundekring ‘Op de Beek’ |
opnieuw , ópneijt , ópperneijt, óvverneijt
, opnieuw , Ik moes van de mister de sómme ópneijt mâke. Ik moest van de onderwijzer de sommen opnieuw maken. Bron: Laat, G. de (2011), Zoo prôte wèij in Nuejne mi mekaâr, Nuenen |
opnieuw , opneejt, -nijt , bijwoord
, opnieuw (Land van Cuijk; Den Bosch en Meierij) Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren |
opnieuw , opnoew , oppernoew
, opnieuw Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn |
opnieuw , opnoe , opnoew
, opnieuw ook oppernoets Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |
opnieuw , oppernoets
, opnieuw ook opnoew (Duits: abermals – overnieuw, opnieuw) Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel. |
opnieuw , oppernow , oppernows, oppernowtj, oppernoets , bijwoord
, eerste en tweede vorm Nederweerts; derde vorm Ospels; vierde vorm Weerts (stadweerts), Buitenijen (kerkdorpen rondom stadskern); opnieuw Bron: Feijen, Jan (2013), Zoeë Kalle Vae - Weertlands woordenboek, Weerd. |
opnieuw , opnuut , oppenuut, oppernuut, upternuus , bijwoord
, opnieuw; èn èlke keer opnuut... (Henriëtte Vunderink; Zoas ik et as kèènd beleefde; k Zal van oe blèève haawe, 2007); Cees Robben – Jöllie moeder is wir oppenuut getrouwd, war... (19800222); opnieuw; oppernuut begiene - opnieuw beginnen; B óppernuuw - herdoens; Kees & Bart (ca. 1935): 'op nuut'; ...ieder jaor oppernuut... (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; feuilleton ‘Bad Baozel’, 8 afl. in NTC 31-12-1938 – 18-2-1939); ...omdè ge daornao wir oppernuut kost begiene! (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; feuilleton ‘Bad Baozel’, 8 afl. in NTC 31-12-1938 – 18-2-1939); ...en de stoffen ha'n soms zoo lang gelegen, dè ze weer oppernuut in de mode ware gekome. (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; ’Kareltje Vinken’; feuilleton in 10 afl. in NTC 13-4-1940 – 24-8-1940); De meester stopte z'n pijp oppernuut... (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; ’Oome Teun als opvoeder’; feuilleton in 6 afl. in NTC 2-3-1940 – 6-4-1940); ...en boer Verheie stopte z'n pijpke oppernuut... (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; ’Boere-Profeet’; feuilleton in 5 afl. in de NTC 1-7-1939 –29-7-1939); Mee zoo'n schoon mutsken kunde nog 'ns oppernuut aon ’t vrijen; (Jan Jaansen; ps. v. Piet Heerkens svd; Den Sik van Baozel; feuilleton in 8 afl. in de NTC 25-2-1939 – 18-4-1939); En aaltij, aaltij oppernuut/ trok me mijn hart naor d'aawe stad... (Piet Heerkens; ‘Zeuventig jaor’, gepubliceerd in De Zaaier, bijlage van de Nieuwe Tilburgsche Courant, 1941); Cees Robben: as ze wir opnuut begos; Cees Robben: jöllie moeder is wir 'oppenuut' getrouwd war; Van Rijen: 'oppernuut, oppernuuw, opnuu'; Hees oppernuuwt (I:37); WNT OPNIEUW- In de vormen 'op een nieuw' en 'op het nieuw verouderd.; upternuus; opnieuw; zie oppernuut; 't is upternuus *) of ik alles wir zie ; *) - noot van Sterneberg bij dit woord: opnieuw... (H.A. Sterneberg s.j., Een Busselke Braobaansch, uit: ‘Aon m’nen geburtegrond’ , 1932) Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant |
opnieuw , opnie , obbeniets
, opnieuw Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. + |