elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: giebelkont

giebelkont , giebelkônt , vrouwelijk , lachebek.
Bron: Kerkhoff, Chris (1970 ev), Dialectwoordenlijst van het Land van Cuijk, Cuijk
giebelkont , giebelkont , zelfstandig naamwoord , Zie giebel.
Bron: Pannekeet, J. (1984), Westfries Woordenboek, Wormerveer
giebelkont , giebelkònt , zelfstandig naamwoord , lachebek. Ook: giebelgeit. Alleen voor vrouwen gebruikt.
Bron: Naaijkens, J. (1992), Dè’s Biks – Verklarende Dialectwoordenlijst, Hilvarenbeek
giebelkont , giebelkont , giechelend meisje.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
giebelkont , gieberkónt , giebelkónt , ginnegapster , Un gieberkónt of giebelkónt is 'n méijd die hôst aalté zit te giechele. Een ginnegapster is een meisje dat bijna altijd zit te giechelen.
Bron: Hendriks, W. (2005), Nittersels Wóórdenbuukske. Dialect van de Acht Zaligheden, Almere
giebelkont , giebelkont , giebelkonte , zelfstandig naamwoord , de; 1. meisje dat voortdurend giechelt, gniffelt 2. iemand die rare dingen doet
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
giebelkont , giebelkônt , giechelend meisje
Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk.
giebelkont , giebelkónt , giechel
Bron: Laat, G. de (2011), Zoo prôte wèij in Nuejne mi mekaâr, Nuenen
giebelkont , giebelkont , zelfstandig naamwoord , meisje dat veel giechelt (Den Bosch en Meierij; Eindhoven en Kempenland)
Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren
giebelkont , gibberkont , zelfstandig naamwoord , "lachebek (= 'gieber'); N. Daamen - Handschrift 1916 – ""gibberkont (lachebek)""; Jan Naaijkens - Dè's Biks (1992) - 'giebelkont' zelfstandig naamwoord  - lachebek! ook: giebelgeit"
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant
giebelkont , giebelkónt , lachebek
Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. +


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal