elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: doodzwijgen

doodzwijgen , doodzwiegen , sterk werkwoord, overgankelijk , doodzwijgen Hij worde op het wark dood ezwegen (Hgv)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
doodzwijgen , doodzwiegen , werkwoord , doodzwijgen
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
doodzwijgen , [doodzwijgen] , doeadzwiege , doodzwijgen , Vuuer de gooj vreej waere hieël get zakes doeadgezwege.
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
doodzwijgen , doeëdzwie~ge , doodzwijgen
Bron: Arts, Jan (2015), Brónsgreun Bukske, Editie Veldes dialek, Velden. +


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal