elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: burgermens

burgermens , burgermense , zelfstandig naamwoord, meervoud , Eenvoudige, nette mensen.
Bron: Pannekeet, J. (1984), Westfries Woordenboek, Wormerveer
burgermens , burgermeensken , burgermeensen, burgermaensken , meervoud , burgermensen
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
burgermens , börgermeens , zelfstandig naamwoord , burgermens, gewone burger; hier: leek (i.t.t. priester); Interview dhr. Van den Aker – 1978 – “Naa gao ene börgermeens, die doe zonne, zonne toog aon èn die gao in de kèrk stòn te preeke! Pestoors hèbbe ze niemer nôodeg!” (transcriptie Hans Hessels 2014)
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal