elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: zeikworm

zeikworm , zéjkwèùrem , 1) mier in het algemeen; 2) (grote) rode bosmier.
Bron: Crompvoets, H. en J. van Schijndel (1991), Mééls Woordeboe:k. Meijel: Medelo.
zeikworm , zeikwörm , mier.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
zeikworm , zèèkwörm , zelfstandig naamwoord , mier (Den Bosch en Meierij)
Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal