elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: voorop

voorop , veurop , [bijwoord] , voorop.
Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen
voorop , veurop , voorop.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
voorop , veurop , voorop.
Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte
voorop , veurop , bijwoord , voorop Het belang van de kinder stun veurop (Sle), De man mit de horrelvoeten lèup veurop (Flu), Het kind zat veurop op de stang van de fiets (Bor)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
voorop , [vooraan, verder] , vèurop , voorop. hij stè duk vèurop, hij staat vaak vooraan.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
voorop , veurop , bijwoord , 1. voorop: vooraan, aan de voorkant, bijv. Dat moet veurop staon als eerste, belangrijkste gelden, Hi’j lopt graeg veurop doet graag iets nieuws, heeft graag het initiatief 2. aan het hoofd van een stoet e.d., bijv. Veurop leup N.
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
voorop , vurôp , voorop
Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk.
voorop , veurop , bijwoord , voorop.
Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie
voorop , veuróp , voorop, eerste , Strónt veuróp. Stront voorop. Gezegde over iemand die zichzelf steeds voorop zet. , Hèij din veuróp. Hij ging voorop. Hij nam het initiatief.
Bron: Laat, G. de (2011), Zoo prôte wèij in Nuejne mi mekaâr, Nuenen
voorop , vuuerop , voorop
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
voorop , vurop , bijwoord , voorop; Mandos - Brabantse Spreekwoorden - 2003 - hier gao de stróntkèèr vuróp (Pierre van Beek - Tilburgse Taalplastiek 1970) - gezegd als iemand zich in een gesprek voortdurend op de voorgrond dringt.
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal