Woord: voederwikke
voederwikke , voeierwikke
, voedergewas. Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden. |
voederwikke , voejerwikke
, voedergewas Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk. |
voederwikke , voejerwikke , zelfstandig naamwoord
, voederwikke (Vicia sativa), een familie van klimplanten; ook smalle wikke genoemd; WBD I:1485 voejerwikke, wikke; WNT VOEDERWIKKE - een soort van wikke (Vicia sativa), die als voedergewas geteeld wordt. Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant |