Woord: verordonneren
|
verordonneren , verordineeren
, (Westerkwartier) = bestemmen, iets eene bestemming geven; pak moar toe (zegt de gastvrouw) ’t is t’r toe verordineerd. Bron: Molema, H. (1895), Woordenboek der Groningsche Volkstaal in de 19e eeuw (handschrift met aanvullingen op gedrukte editie uit 1887) |
|
verordonneren , veròrdenéren
, Bevelen, voorschrijven b.v. een recept. Bron: Draaijer, W. (1896). Woordenboekje van het Deventersch Dialect. ’s-Gravenhage: Martinus Nijhoff |
|
verordonneren , [bevelen] , veròrdeneeren , veròrdenieeren
, Bevelen, voorschrijven bv.: een recept. Bron: Draaijer, W. (2e druk 1936), Woordenboekje van het Deventersch Dialect, Deventer: Kluwer. |
|
verordonneren , verordeneere
, orders geven. Bron: Daelen-Meuter, Jos. van (ca. 1937), Venloos waordebook, ongepubliceerd typoscript, Venlo. |
|
verordonneren , verordeneeren , zwak werkwoord
, bevelen; ’n dokter hef röste verordeneert. Bron: Jonker, L. & H.G. van Grol (z.j., ca 1940), Woordenboek dialect van Vriezenveen |
|
verordonneren , verannaaiern , [werkwoord]
, afspreken, besluiten; zie annaaiern. Niet in Stad en Westerkwartier Der wör verannaaierd, de Zuderzee dij mos dreug. Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen |
|
verordonneren , verordeneiere
, verordeneierde, haet of is verordeneiert , overleggen. Veer höbben ós dat éns verordeneiert: wij hebben dat eens overlegd, van alle kanten bekeken. Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam |
|
verordonneren , verordonneren
, verordonneren, verordonneerd , verordenen, bevelen. Bron: Werkgroep Dialekt van het Cultuur Historisch Genootschap Raalte (1995), Nieuw Sallands Woordenboek, Raalte |
|
verordonneren , veronneren , veronnereren , zwak werkwoord, overgankelijk
, (Zuidoost-Drents zandgebied, Kop van Drenthe, Midden-Drenthe). Ook veronnereren (Midden-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, zuid, Zuidoost-Drents zandgebied) = overleggen Dat mut wij eerst ies eempies veronnereren (Geb), z. ook onneren Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
|
verordonneren , verordeneren , verördern , zwak werkwoord, overgankelijk
, Ook verördern = verordonneren, beslissen Wij kunt dat noou wel verordeneren, mor het mot Jantje ok goud weden (Gas), Dat is alles zo verordeneerd, daor is niet an te törnen (bb), Het mot zo, hij hef het zo verörderd (Bco) Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum |
|
verordonneren , verordeneren
, bevelen, gebieden. Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden. |
|
verordonneren , veröddeneren
, verordenen Bron: Fien, A., Ph.C.G.M. Bloemhoff-de Bruijn en J. Gunnink (2000), Woordenboek van de Kamper Taal, Kampen |
|
verordonneren , [bevelen] , verordeneere
, bevelen, gebieden Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk. |
|
verordonneren , veröddeneren , werkwoord
, veröddeneren, veröddeneerd , 1. bevelen; 2. instellen van regels. Bron: Kraijer, M., H. Mulder, D. Visscher en Ph. Bloemhoff (2009), Op zien Zwols: Woordenboek van de Zwolse Taal, Kampen: IJsselacademie |
|
verordonneren , veròrdeneere , zwak werkwoord
, Frans: ordonner; opdracht geven, bepalen, voorschrijven, bevelen uitdelen; - gij hèt hier niks te veròrdeneere, gij!; Agge in Tilbörg zègt dègge goed roms zèèt, dan kan dè tweej dinger betêekene. Teegesworreg mènde dan mistentèèds dègge en goej scheut rôome in oew tas kòffie lust. Mar hil wèèneg meense zulle daormeej naa nòg bedoele dèsse persies doen wè de paus van Rôome höllie veròrdeneert. (G. Steijns; Grôot Dikteej van de Tilburgse Taol 2005); Wanneer ze dan töskwaam, waar asset goed waar, alles klaor zôo zij et verordonneerd ha. (Lodewijk van den Bredevoort – ps. v. Jo van Tilborg, Kosset den brèùne eigeluk wel trekken? Dl. 2, Tilburg 2007) Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant |