Woord: te mettentijde
te mettentijde , tementie
, voor de middag. Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden. |
te mettentijde , temaintje, temènt(i)e , bijwoord
, morgenvroeg, vroeg in de ochtend (Den Bosch en Meierij; Helmond en Peelland; Eindhoven en Kempenland) Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren |