elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: paaslelie

paaslelie , paoslillie , gele narcis. zie ook Pinksterlillie.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
paaslelie , pôslillie , narcis (geel)
Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk.
paaslelie , pòslillie , gele narcis, paaslelie
Bron: Laat, G. de (2011), Zoo prôte wèij in Nuejne mi mekaâr, Nuenen
paaslelie , pösleelie , pòslillie , zelfstandig naamwoord , narcis (Land van Cuijk); pòslillie; narcis (Helmond en Peelland)
Bron: Swanenberg, A.P.C. (2011), Brabants-Nederlands: Nederlands-Brabants: Handwoordenboek, Someren


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal