elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: mesje

mesje , mèske , zelfstandig naamwoord , mesje steken, meisje. 1. Meske steejke is een kinderspel dat ook wel landveroveren heet. Met een mes wordt een vierkant in het zand getrokken. Elk der spelers krijgt daarvan de helft. Vanuit zijn land gooit hij (zij) een mes in het “vijandelijke” land. Als het mes blijft steken wordt een lijn getrokken die gelijk is aan de richting van het lemmet. Het werpen gaat om de beurt. Het gaat zó lang door totdat een der twee niet meer met één voet in zijn (haar) land kan staan. Met het verdwijnen van het speelzand is het spel nagenoeg verdwenen. 2. Mèske is het gewone woord voor meisje. Ook: Mèdje.
Bron: Naaijkens, J. (1992), Dè’s Biks – Verklarende Dialectwoordenlijst, Hilvarenbeek
mesje , mèske , mesje. Ze zèn aon ’t mèske pikken, ze zijn landverovertje aan het spelen. (kinderspel op een stukje grond dat beurtelings d.m.v. een in de grond gegooid mes veroverd wordt).
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
mesje , messie-van-een-dubbeltie , uitdrukking , waardeloos iets of iemand De preek was ofgelôôpe zondag ôk maor eenmessie-van-een-dubbeltie De preek van verleden zondag was waardeloos
Bron: Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard (2006), Hoekschewaards woordenboek, Klaaswaal.
mesje , meske , mesje
Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk.
mesje , miske , zelfstandig naamwoord, verkleinwoord , mesje; Henk van Rijen – miske steeke (spel): een mes vanaf diverse lichaamsdelen in de grond werpen.
Bron: Sterenborg, W. en E. Schilders (2014), Woordenboek van de Tilburgse Taal (WTT), Tilburg: Stichting Cultureel Brabant


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal