elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: Jezus

Jezus , Jaizes , Jais , [eigennaam] , Jezus. De Here Jaizes. Netter klinkt Jezus, zo altijd in Stad en Westerkwartier
Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen
Jezus , Jeezes , mannelijk , Jezus. “Hie sjteit ouch de gansen daach de naam Jeezus oppẹ taofel” wordt gezegd, als de eettafel niet is afgeruimd (afleiding van het gebed voor en na de maaltijden).
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
Jezus , Jezus , eigennaam , Jezus Christus, ook gebruikt als bastaardvloek Aller Jezus en geen ende hoe bestaat het (Nam), verder in aanduidingen van bep. personen Dat is ok ’n mooie holten Jezus een houten Klaas (Klv) *As Jezus is geboren hebt de knollen de smaak verloren (Pes)
Bron: Kocks, G.H. (1996-1997), Woordenboek van de Drentse Dialecten (WDD), Assen: Van Gorcum
Jezus , Jizzus , Jezus.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
Jezus , Jizzus vanmeraante , Sjeezes! , eigennaam , * Dr. Hans Heestermans, Witte Nog? Deel 1/8, 1988 t/m 1994; West-Brabants Zogezeed, 1997: het spaanse marrano betekent varken. Het kan dus ’n scheldwoord zijn uit de spaanse tijd 16e - 17e eeuw, Piet Luijkx E-L: matroniem: Jezus van Maria en Aante (Anna). Uitroep, Jezus! nou zeg!
Bron: Verschuren, Frans (2000), Tètte-leurs Woordeboek. Zèège n'èn Schrijve meej plotjes, Etten-Leur.
Jezus , Jiezus , Jezus , zelfstandig naamwoord , de; Jezus
Bron: Bloemhoff, H., J. Withaar, A. Bloemhoff en T. Bontekoe (2005), Stellingwarfs-Nederlands Verklarend Handwoordenboek (SNVH), Berkoop/Oldeberkoop: Stichting Stellingwarver Schrieversronte.
jezus , juzzes , zjezus , tussenwerpsel , uitroep , (uitroep van verbazing) juzzes; juzzes van meraante zjoezef; zjezus jezus zjezus Zw: jezus, maaria, joezep!
Bron: Jaspars, G. en H. Fiévez (2006-2008), Woordenboek van het Gronsvelds, Gronsveld/Ryckholt
jezus , Jezzes , Tjessis, Sjessis , Jezus
Bron: Bergh, N. van den, e.a. (2007), Um nie te vergeete. Schaijks dialectboekje, Schaijk.
jezus , jêêzus , jezus. in de uitdrukking: “jêêzus van merâânte”, uitroep van verwarring.
Bron: Luysterburg, J. e.a. (2007), Dialecten in het Zuidkwartier. Hoogerheide, Ossendrecht, Putte, Woensdrecht, Heemkundekring Het Zuidkwartier.
Jezus , Jezes , Jezus , Jezes, Maria, Jozef! Jezes, Maria, Merante!: uitroepen van verbazing.
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
jezus , jözzes , juzzes, tjuzzes , tussenwerpsel , hemeltje lief, mijn hemel!
Bron: Feijen, Jan (2013), Zoeë Kalle Vae - Weertlands woordenboek, Weerd.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal