elektronische Woordenbank van de Nederlandse dialecten (eWND)

Woord: Christiaan

Christiaan , kris , [eigennaam] , Christiaan.
Bron: K. Ter Laan (1952), Nieuw Groninger woordenboek, 2e druk (herdruk 1989), Groningen
Christiaan , Krisj , Krisjke , Christiaan.
Bron: Schelberg, P.J.G. (1986), Woordenboek van het Sittards dialect, Amsterdam
Christiaan , Janus , Christianus.
Bron: Zegers, A. (1999), Het dialect van het land van Ravenstein, in het bijzonder van Uden en Zeeland, Uden.
Christiaan , Kors , eigennaam , dialectuitdrukking voor de naam Christiaan
Bron: Werkgroep Dialecten Hoeksche Waard (2006), Hoekschewaards woordenboek, Klaaswaal.
Christiaan , Tjae , Tjè , Chretien
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
Christiaan , [christiaan] , Chris , Chrisje, Chrisjaan , Christiaan
Bron: Tonnaer, M. en Har Sniekers (eindred.), (2012), Thoears Woeardebook, Thorn
Christiaan , Chrisjaan , Crit, C(h)risjaan, Tjae, Tjaeke , Chrétien
Bron: Janssen, L. (2013), Limburgs Woordenboek Heels-Nederlands, Heel.


<< vorige pagina

Gelieve als bronverwijzing te gebruiken:
Sijs, Nicoline van der (samensteller) (2015-), eWND, op ewnd.ivdnt.org,
gehost door het Instituut voor de Nederlandse Taal